--- 24 Juli 1929 - 138.
139 .HINDERWET3e Afd.nr. 701).
Voorstel van B, en V. tot vaststelling eener verordening als
"bedeeld in art.4 lid 1 sub 3 der Hinderwet.
In verband met de bepaling van art.15 der overeenkomst
tusschen dese gemeente en de N.V.Centrale Slachtplaats voor de
gemeente Soest, verzoeken E. en W. aan de overgelegde concept
verordening, waarmede de Gezondheidscommissie zich heeft kunnen
vereenigen, goedkeuring te hechten.
I)e besprekingen omtrent deze verordening zijn gevoerd bij het
vorig punt der agenda.
De Verordening wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
140 .VLEESCHKEURI NGSWET 3e af d nr. 510)
Vaststelling van een verordening op de heffing en invordering
van keurloon en rechten voor het gebruik van het gemeentelijk
slacht- en verkooplokaal en de daarmede in verband staande andere
door de gemeente te verrichten diensten in de gemeente Soest.
De heer Gasilie merkt op dat in de overwegingen van het be
sluit vermeld staat: Gelet op het voorstel van B. en W. en dat
der betrrkken commissie. Spreker vraagt welke commissie hier wordt
bedoeld
De Voorzitter antwoordt: "de belastingcnmmissie"
De heer Doorman vraagt of het wel juist is in deze veroi"de-
ning te spreken van:gemeentelijk slacht- en verkooplokaal".
Yi/ethruder Endendijk zegt dat de gemeente een dergelijk lokaal
moet hebben ten behoeve van de noodslachtingen. De gemeente kan
een dergelijk gebouw bouwen of huren. Thans is onderbrenging bij
het abattoir mogelijk, alhoewel beide inrichtingen afzonderlijk
zijn.
Dc heer Doorman verzoekt het Romeinsche cigfer I in art.i
iets i&ger te plaatsen, n.1. vóór het woord "voor".
Aldus wordt besloten.
De heer Doorman merkt voorts op dat in art.1 letter ct ge
zegd wordt een nuchter kalf, niet meer wegende dan 65 K.G.
terwijl in art.3 gezegd v/ordt 50 K.G. Spreker vraagt inlichtingen
hieromtrent
De Voorzitter zegt dat art.3 betrekking heeft op ingevoerd
vleesch.
De heer Gasillc meent dat in het eerste geval een kalf wordt
bedoeld en in het tweede geval een hoeveelheid, dus niet het ge
wicht van een kalf.
De'heer Busch komt nog even terug op het gezegde van Wethou
der Endendijk naar aanleiding van de opmerking van den heer Door
man. Kier staat in de Verordening gemeentelijk slachtlokaalhet
geen Spreker onjuist blijft achten.
Wethouder Endendijk betoogt dat de keuringsdienst niets te
maken heeft met het slachthuis. De keuringsdienst is gemeentelijk.
De Verordeningen worden hierna zonder hoofdelijke stemming
vastgesteld
141.BELASTINGEN, (3e Afd.nr.752).
Vaststelling van een verordéning tot wijziging der Verorde
ning op de heffing van belasting op publieke vermakelijkheden.
Voorgesteld wordt aan de le alinea van art,5 sub 5 der ver
ordening een nieuwe zinsnede tce te voegen, volgens het overge
legde ontwerp.
De Voorzitter zegt dat de Belasting-Commissie zich met de
voorgestelde wijziging heeft kunnen vereenigen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt de wij zigings-verordening
volgens het overgelegde ontwerp-besluit vastgesteld.
142Gasvoorzieni nr
