30 September 1929 229. den heer Busch; 4 op den heer de Bpuijn; 5 op den heer van Klooster; 3 op den heer Gasille; 5 op den heer Doorman; 3 op den heer -^ilhorst 1 op den heer Grootewal; 1 op Mevr. Landweer; en 2 "blanco. Gekozen is derhalve enkel de heer Busch, terwijl voor de anders 2 plaatsen een nieuwe stemming moet plaats vinden. Bij de volgende stemming voorden de navolgende stemmen uitgebracht: 8 op den heer Doorman,7 op den heer van Klooster; 2 op den heer Gasille; 6 op den heer de Bruijn en 1 op den heer Hilhorst, zoodat gekozen zijn de heeren Doorman en van Klooster, Aangezien de heeren Doorman en van Kloos ter hun benoeming niet wenschen te aanvaarden, wordt nogmaals tot stemming overgegaan, waarbij de navolgende stemmen worden uitge bracht: 8 op den heer Gasille, 5 op den heer Hilhorst, 3 op den heer Pronk, 2 op den hoer van Doorne, 1 op Mevr. Landweer, 1 op den heer van den Breemer, 3 op den heer Grootewal en 1 blanco. De heer Gasille, die gekozen wordt verklaard, deelt mede de benoeming te zullen aanvaarden. Bij de volgende stemming word en uitgebracht 3 stemmen op den heer Grootewal, 7 op den heer Hilhorst, 2 op Mevr. Landweer en 1 op den heer van den Breemer, zoodat gekozen wordt verklaard de heer Hilhorst, die de benoeming aanvaardt. Bepaald wordt dat de Commissie zal trachten zoo spoedig mogelijk rapport uit te brengen. 18 5. WATERLEIDING. COMPTABILITEIT. (4e afd.nr.836). Voorstel van B. en W, tot vaststelling eener regeling ter ver krijging van de tusschenkomst van de gemeente voor het totstandkomen van een uitbreiding van het aanvangsbuizennet der waterleiding. De in deze regeling opgenomen voorwaarden, waartegen de Gemeen te haar bemiddeling verleent voor het aanbrengen van een uitbreiding van het aanvangsbuizennet der waterleiding zijn nagenoeg gelijk aan die, welke de Waterleiding Maatschappij aan de Gemeente stelt.Echter met dit verschil; B, en W.hebben ter voorkoming van financieel na deel voor de Gemeente b.v. bij eventueele insolvabiliteit van ga ranten of wegens andere redenen, gemeend in het belang der gemeente te handelen door onder die voorwaarden eene bepaling op te nemen, volgens welke zijdie de vorenbedoelde tusschenkomst van de Ge meente vragen, tot nakoming van de op zich genomen verplichtingen (garantie) een waarborgsom in de gemeentekas moeten stortenwaar van het bedrag gelijk is aan de maximum risico, die de Gemeente terzake van de betrekkelijke uitbreiding van het aanvangsbuizennet der waterleiding op zich neemt. Uit billijkheidsoverwegingen komt het B. en W. voorts gewenscïïrt voor over de gestorte waarborgsommen een rente te vergoeden, bere kend naar 4per jaar. Teneinde de gestorte waarborgsommen en de overboeking daarvan op den volgenden dienst, alsmede de over die waarborgsommen te ver goeden rente in de gemeenterekening te kunnen verantwoorden, is het noodig aan de gemeentebegrooting enkele posten toe te voegen* Het ten ten behoeve daarvan opgemaakte en in ontwerp ter inzage nedergelegde besluit tot wijziging der gemeentebegrooting voor het dienstjaar 1929,wordt ter vaststelling aangeboden.(4e afd.nr.21/24 Be heer Doorman heeft in het voorstel van Burgemeester en Wet houders gelezen, dat de voorgestelde voorwaarden nagenoeg gelijk zijn aan die welke door de Waterleiding Maatschappij aan de gemeen te zijn gesteld. Haar aanleiding van deze opmerking vraagt Spreker wat de Waterleiding-maatschappij heeft geantwoord op het schrijven, dat tot deze maatschappij zou worden gericht om te vernemen, welke opvatting door haar werd gehuldigd over de door Spreker gesmakte be paling inzake de garantie Be Voorzitter

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1929 | | pagina 494