11 Uovember 1929 237,
De heer de Bruijn zegt dat het hem heeft verwonderd dat B.en W.
voorstellen doen ora f 500,- beschikbaar te stellen ten behoeve van
de zuivering van de LunterschebeekSpreker vraagt zich af wat wij
in Soest te maken hebben met de LunterschebeekWaar de vervuiling
van die beek ontstaat in de gemeenten Veen endaal en Ede, aangezien
de wolf abrieken en de Enka hun afval Y/at er in de Lunt erschebeek
doen afvloeien, is Spreker van oerdeel dat cck die gemeenten,welke
profijt van die gabréeken trekken, verplicht zijn te zorgen, dab
andere gemeenten geen hinder endervinden van vuil water. Volgens
Spreker is er in deze gemeente nog zooveel te doen cp ander gebied,
zoodat hij niet verwacht had dat zoc'n royaal voorstel van B.en
ter tafel zou komen. Spreker kan derhalve niet met het voorstel van
B.en W. meegaan, aangezien het niet in het belang der gemeente is
dat het voorgestelde bedrag op een dergelijke wijze besteed wordt.
In deze gemeente is wel geld noodig voor andere en betere doelein
den
De heer Busch zegt op dezelfde gronden, als die van den heer de
Bruijn, tegen het verleenen eener subsidie te zijn, al mag niet uit
het oog worden verloren dat het vuile water van de Lunt erschebeek
die hare uitmonding vindt in de Eem, van hinder kan zijn bij het
baden en zwemmen in de rivier de Eem, zoodat Soest er wel eenig be
lang bij heeft. Y/aar de fabrieken onder de gemeenten Veenendaal en
Ede echter het water verontreinigen, vraagt Spreker zich af welke
maatregelen die gemeenten nemen in verband met de Hinderwet, waar
onder de bedoelde inriohtingen vallen. Ook het Rijk moet hier naar
behooren zijn taak vervullen,terwijl het cp den weg ligt van de
Enka en de wolfabrieken cm het water te zuiveren vóór dat hst ge
stort Y/ordt in de Lunt erschebeekZoonoodig dienen deze laatste
daartoe gedvrongen te werden volgens de Wet.
De heer van Klooster meent dat wel tct stemming over het vcor-
stel van Burgemeester en Wethouders kan worden overgegaan, daar de
Einancieele Commissie met algemeene stemmen tegen het voorstel was,
en ook de fractie het voorstel van de hand heeft gewezen.
De Voorzitter, die het voorstel van Burgemeester en Wethouders
verdedigt, wijst er nog op dat wel degelijk rekening gehouden moet
worden met streekbelangen, en dat men het plaatselijk belang niet
te eng begrensd meet bekijken.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders, hierna in stemming
gebracht, Y/ordt verY/orpen met 9 tegen 2 stemmen. Vóór het voorstel
stemden de heeren Endendijk en hoenders.
199. OVERNAME MELMPOlüTle afd.nr.918).
Behandeling van een verzoek van Ged. Staten tot overname van de
bediening en het onderhoud van de veerpont over de Eem, gelegen
aan de Groote Helm.
Burgemeester en Wethouders stellen op grond van het medegedeelde
in hun schrijven dd. 29 October 1929 den Raad voor hun College te s
machtigen aan de Ged.Staten mede te deelen dat de gemeente de kos
ten van onderhoud en bediening van bedoelde pont voor hare reke
ning zal nemen, wanneer de verbetering van de Een zal zijn tot
stand gekomen en de pont met toebehooren vrij van kosten in eigen
dom aan de gemeente wordt overgedragen en daarbij voldoende zeker
heid wordt gegeven, dat voor het gebruik van die pont nimmer eeni-
ge belemmering in den Y/eg zal worden gelegd. 3
De heer de Bruijn zegt dat wanneer men de behandeling van het
verzoen door Ged.Staten in aanmerking neemt, dit College als 't
ware met een stok achter de deur staat. Spreker meent zulks te moe
ten afleiden uit de woorden "endanks uwe medewerking", voorkomende
in den brief van Ged. Stat en. Spreker vreet niet of Ged.Stat en ver
keerd ingelicht zijn met betrekking tot het niet-verleenen eener
bij-
1