26 November 1930169* Uit een oogp mt van uniformiteit hetwelk bij Spreker zwaar weegt zal Spreker evenwel voor bet verzoek van Volksonderwijs sijn stem uitbrengen. De heer Hilhorstdie nagenoeg een gelijk standpunt in neemt als Mevr,, landweer en de heer Doorman, voelt evenwel ook veel voor een uniforme regeling in de gemeente. Wethouder Endendijkdie opmerkt dat algemeen door onder wijs—deskundigen het nut van den vrijen Woensdagmiddag wordt erkendf spreekt openlijk zijn teleurstelling uit over de hou ding van de bijzondere scholen, welke in deze niet hebben wil len medewerken .Het zou evenwel een stap achteruit zijn om op den genomen maatregel terug te komen en Spreker zal het zich steeds een eer rekenen dezen maatregel te hebben do ar gevoerd. Spreker wijst er voorts op, dat hij de opmerking van den lieer Busoh inzake een eventueele toepassing van den maatregel voor da bijzondere scholen niet verdiend heeft .In dit verband vestigt Spreker er de aandacht op*, dat hij zich in het bijzonder heeft ingespannen voor de oprichting van een openbare U.L.0,. school, tengevolge waarvan c^e Chr.U, 1.0.school is benadeeld. De heer Groot-ewal bepleit ncginaals, de schooltijdenregeling uniform in te richten, zooals de paedagogen het wenschen, al weet Sprekei" niet, of men zal kunnen dwingen» Wethouder Endendijk antwoordt hierop, dat het alleen mogê— lijk is op de besturen moxeelen drang uit te oefenen. De heer Gasille vraagt, of den schoolbesturen, welke anders denken dan de wethouder, een breve: van onbekwaamheid moet wor den uitgereikt. Spreker is van oordeel, dat de wethouderwanneer hij het eerlijk meent,, eerst de uniformiteit moet hersteilen Spreker vraagt den Weihouder uitdrukkelijk of hij van oordeel is,, dat de besturen der bijzondere scholen in deze achterlijk moeten v/Orden genoemd., hetgeen door wethouder Endendijk met "ja" wordt b eautwoord De heer Busoh meent, dat de Rogeerlng wel geen vrijheid van handelen zou hebben gegeven, wanneer het onomatorcfc-eli jk vast-stond^ dat de invo-ering van den vrijen Woensdagmiddag zoo goed was. De Voorzitter vestigt er de aandaoht op, dat de regeling van de schooltijden niet aan den Raad behoort en dat de vereenl— ging Volksonderwijs dan ook voorzichting is geweest om enkel te verzoeken, het College uit te noodigen» Het College, dat unaniem overtuigd is van de wenschelijkheid van den genomen maatregel, denkt er dan ook niet over een stap achteruit te doen» Nadat besloten is„ om den heer Busch, die reeds tweemaal over deze aangelegenheid heeft gesproken, nogmaals het woord te verleenen, stelt de heer Busch de navolgende motie voor: De Raad der Gemeente Soest. Gehoord de besprekingen en in aanmerking genomen de wens-chem van Volksonderwijs"ae ouders en de onderwijzers; noodigt het college van Burgemeester en Wethouders uit in die richting stappen te doen» Deze motie wordt aangenomen met 7 tegen 5 stemmen. Tegen stemden Mevr.Landweer en de heeren de Bruiju, Enden dijk, ven Klooster en Koenders. 204v0NDERWIJS. BELASTINGEN (1e afd.nr.1666) Vaststelling van nieuwe verordeningen op de heffing en in vordering van schoolgeld. In hun schrijven dd. 19 November 1930, 1e afd»nr„16-66,dee— len B, en WW, de wenscheli jkheid mede om het schoolgeld te verla gen en in verband daarmede de bestaande verordening te vervangen door een nieuwe. Na

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1930 | | pagina 376