- 57. Katholiek, hebben in hun antwoord medegedeeld, dat de door Butzelaar gestelde prijzen als normaal en billijk zijn te noemen De heer Busch zegt dat hij dan andere informaties heeft, 200dat het gewenscht is de stukken ter tafel te brengen. De heer van Doorne merkt op dat men dus moeilijk een oor deel kan vellen, daar de door hem ingewonre n informaties tegen over de informaties van den heer Busch staan. Spreker kan thans geen partij kiezen, tenzij men hem alsnog kan overtuigen, dat er van benadeeling sprake is. Spreker herhaalt dus nog eens dat onder oogen moet worden gezien of het vaststaat dat de prijzen van Butzelaar te hoog zijn, en of de Wethouder hier eigenmachtig heeft gehandeld. Zoolang geen besluit van den Raad is aan te wijzen dat voor elke leverantie een openbare inschrij ving moet plaats hebben, staat voor Spreker als een paal boven water vast, dat men niet kan spreken van een "eigenmachtig han delen" van den Wethouder .Voorts blijft het voor Spreker een open vraag of de gemeente benadeeld is. De heer Busch zegt dat het hem buitengewoon frappeert, dat de heer van Doorne aldus spreekt. De heer van Doorne heeft blijk baar aan de door hem genoemde houthandelaren een prijsbeoordce- ling gevraagd, terwijl aan Spreker prijsopgave is gedaan,het geen heel wat anders is. Spreker meent dat door den heer van Doorne getracht wordt de interpellatie tot een minimum te redu- ceeren. Spreker kan aan de hand van de bij hem liggende prijs opgaven mededeelen, dat de prijzen van Butzelaar veel te hoog zijn. Spreker zegt dat de heer van Doorne hier optreedt als ad vocaat van vuile zaakjes. De heer van Doorne protesteert tegen die woorden. Spreker eischt dat de heer Busch die woorden terugneemt. De Voorzitter zegt togen den heer Busch, dat hij deze woorden terug moet nemen, anders zal hem het woord worden ont nomen. De heer Busch, die deze woorden terugneemt, zegt dat hij van meening blijft dat de heer van Doorne hier zonder kennis van zaken spreekt en op een minderwaardige wijze de zaak ver dedigt De heer van Doorne wenscht dat de heer Busch ook die woorden intrekt. De Voorzitter verzoekt den heer Busch ook deze woorden te rug te nemen, waarna de heer Busch zegt dat hij daarvan niets intrekt. De- Voorzitter zegt dat hij dan den Raad zal voorstellen den heer Busch het woord te ontnemen op grond van het Regle ment van Orde. De heer Busch zegt dat hij den heer van Doorne niet heeft willen beleedigen. Spreker heeft niet gezegd dat de heer van Doorne een advocaat van vuile zaakjes ismaar hij heeft alleen te kennen willen geven, dat de heer van Doorne deze zaak behan delt op de wijze als van een advocaat van vuile zaakjesSpreker wil zich het recht voorbehouden om te zeggen wat hij meent, en dat recht laat hij zich niet ontnemen. De Voorzitter zegt nogmaals dat de heer Busch het woord "minderwaardig moet terugnemen. De heer Busch zegt dat als hem het woord wordt ontnomen, hij dan ook het door den Voorzitter bedoelde woord "minderwaar dig" zal terugnemen. De heer van Doorne neemt hiermede genoegen.Spreker zegt dat de heer Busch zich fatsoenlijk heeft te gedragen,aangezien Spreker zulks ook doet.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1931 | | pagina 110