24 Juni 1931 131. lating van kinderen uit deze gemeente op openbare scholen in Amersfoort Op grond van het medegedeelde in hun schrijven dd. 21 Mei 1931, 1e afd,nr1655stellen B. en W, voor bedoelde overeenkomst aan te gaan. De heer Doorman vraagt of uit Amersfoort ook kinderen in Soest ter school gaan, zoadat een wederkeerigheidsovereenkomst gesloten zou kunnen worden. Wethouder Endendijk zegt dat een dergelijke overeenkomst wel met de gemeente Baarn is aangegaan. Aangezien echter geen kinderen uit Amersfoort de school in Soest bezoeken, is het sluiten eener wederkeerigheidsovereenkomst niet noodig. Het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt hierna zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 120.VERBETERING EEM - COMPTABILITEIT 1 e afd.nr. 918 en 4e afd.nr. 21/137). Voorstel van B. en W, tot het verleenen aan de provincie Utrecht eener bijdrage in de kosten van verbetering der Eem en toekenning eener jaarlijksche bijdrage in de kosten van onder houd dier rivier. Naar aanleiding van het medegedeelde in hun schrijven dd. 8 Mei j.l.le afd.nr.918, stellen B, en W. voor te besluiten: 1. aan de provincie Utrecht uit de buitengewone middelen een bedrag van 10.978,= te betalen als bijdrage in de door deze uitgevoerde Eemverbeteringen deze kapitaalsuitgave af te lossen in 10 jaren, 2. in de kosten van onderhoud en toezicht van de Eem en de daarbij behoorende werken en in de kosten van onderhoud en bediening van de pont aan het Zure Einde, zoolang deze pont door de provincie Utrecht wordt onderhouden en beheerd, aan de provincie Utrecht uit de gewone middelen der gemeen te een jaarlijksche bijdrage te verleenen van 2/39 dier kosten, telkens te betalen binnen één maand, nadat de pro vincie het bedrag dier kosten over het afgeloopen jaar aan de gemeente zal hebben medegedeeld, zulks onder de n.v. voorwaarden: a_ dat de hierbedoelde jaarlijksche bijdrage alleen zal worden uitgekeerd, zoolang de Eem scheepvaartweg zal zijn; b dat het onderhoud van de Eem in den vorm, waarin het door de provincie Utrecht op zich zal worden genomen, ten laste der Provincie zal blijven; c dat de Provincie geen scheepvaartrechten op de Eem zal heffen 3. machtiging te verleenen tot het aangaan eener overeenkomst met de provincie Utrecht, als bedoeld in de bijlage van den brief van Gedeputeerde Staten dd. 28 April 1931,2e afdeeling nr. 1042/737. 4. tot vaststelling van het bij de raadsstukken ter inzage nedergelegd ontwerp-besluit tot wijziging van de gemeente- begrooting voor het dienstjaar 1931. De heer Gasille zegt dat hij indertijd niet den indruk heeft gekregen, dat besloten was een bijdrage van ƒ10.000,= te verleenen, voor het geval het Geldersche Vallei--plan niet verwezenlijkt zou worden. In de vergadering, waarin deze aangelegenheid werd behandeld, was absoluut geen meerderheid, die zich daarvoor uitgesproken heeft. Afgescheiden daarvan, voelt Spreker niets voor het voorstel. De Eem heeft voor Soest weinig waarde. Voorts vraagt Spreker zich af waarom Soest tweemaal zooveel moet betalen als Baarn, daar de voordeelen niet

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1931 | | pagina 298