31 October 1931 242.
noodigen tot een bespreking over dit onderwerp.
Gisterenavond heeft op ons verzoek een comité bestaande
uit de heeren Wethouder Lodeesen, Wethouder van Duren en de
raadsleden T. Bleeker, W.F.H.Buseh en G.J.Grootewal, M.Horns-
veld en H. van Klooster, voorzitter en leden uit de financieele
oommissie, commissie van Openbare Werken, en werkverschaffing,
een en ander nader overwogen, terwijl ook ons College zich daar
over beraadde.
Uit de gevoerde besprekingen bleek, dat genoemde heeren,
evenals ons College, van oordeel waren, dat het aanbeveling ver
dient de mogelijkheid te openen^, onder nader te stellen voor
waarden, voor werken, welke anders niet voor uitvoering in de
maanden December en Januari a.s. in aanmerking zouden komen, een
bijslag te geven in de voor die werken in deze maanden uit te
betalen loonen, mits deze in December en Januari a.s. worden
uitgevoerd. Ten aanzien hiervan meenen wij U nog het navolgende
t<^ moeten opmerken.
Het zal wel geen betoog behoeven dat een werkgever juist
in de genoemde maanden verschillende werken niet zal ter hand
nemen, omdat het ongunstige jaargetijde een goede uitvoering zal
kunnen verhinderen en hem financieele nadeelen zou opleveren.
Krijgt hij gedurende dien tijd een bijslag op de uit te be
talen loonen dan zal dit voor hem een aansporing zijn om het
werk toch ter hand te nemen aangezien hij in den bijslag vergoe
ding kan vinden voor de mindere productiviteit van zijn arbei
ders. Door aldus te handelen zou de werkgever geen financieele
nadeelen ondervinden, de werknemer aan arbeid worden geholpeïl
en de financien van de gemeente niet veel zwaarder worden be
last pfaangezien bedoelde werknemers, bij werkloosheid toch op
andere wijze, door werkverschaffing enz. geholpen zouden moeten
worden.
Wij ontveinzen ons niet, dat aan de uitvoering van een der-
gelijken maatregel vele moeilijkheden verbonden zullen zijn en
dat tegen eventueele misbruiken streng zal moeten worden gewaakt
Het zal echter in vele gevallen noodig zijn binnen korten
termijn op verzoeken om bijslag te beslissen en zal niet altijd
een vergadering van Uwen Raad kunnen worden afgewacht.
Daarom is de gedachte naar voren gekomen de hiervoor ge-
noemde heeren te benoemen tot leden van een raadscommissie, wel
ke in overleg met ons College de ingekomen aanvragen onderzoekt,
met ons daarop een beslissing neemt en de noodige voorwaarden
vaststelt (arbeiders uit de gemeente via de arbeidsbeurs, beta
ling contractloon enz.).
Indien Uwen Raad zich met vorenstaande beschouwingen kan
vereenigen, stellen wij voor tot het verleenen van een derge-
lijken bijslag te besluiten, genoemde heeren aan te wijzen als
lid van de hierbedoelde commissie en ons met hen te machtigen
op bedoelde aanvragen om bijslag een beslissing te nemen.
Voor dit doel verzoeken wij U dan een crediet te willen
verleenen voor December 1931 groot 1500,en voor de maand
Januari 1932 eveneens voor een gelijk bedrag.
De voor deze credietverleening noodzakelijke wijziging van
de begrooting over het jaar 1931 bieden wij U hierbij ter vast
stelling aan terwijl wij ons voorstellen de geraeentebegrooting
voor het jaar 1932 met dit besluit in overeenstemming te bren
gen."