23 December 1931 323-
loopen, acht Spreker het beter de gelden aan de verbetering
van andere wegen te besteden- Spreker verdedigt daarom het
voorstel van de Commissie O.W. om het wegdek te verbeteren, den
noordelijken berm te verharden met sproeifalt en den anderen
berm alleen te egaliseeren.
De heer Endendijk is van meening, dat de menschen, die
aan den hoogen kant van den weg wonen in een ongunstige posi
tie verkeere i en dat tegenover hen groot onrecht wordt begaan,
daar hun toezeggingen waren gedaan- Spreker is van oordeel,
dat het oorspronkelijk plan geen extra kosten zou medebrengen.
De heer Busch bestrijdt dit laatste en wijst er op, dat
het verplaatsen der erfafscheidingen in ieder geval arbeids
loon zal kosten.
Nadat de heer Endendijk zijn leedwezen er over heeft uit
gedrukt, dat zijn medeleden in deze aangelegenheid zoo'n con
servatief standpunt innemen, welke uitdrukking van verschillen
de kanten eenig protest uitlokt, wordt overeenkomstig het voor
stel van Burgemeester en Wethouders en dat der Commissie O.W.
besloten. De heeren Endendijk en de Bruijn vroegen aanteeke-
ning van te hebben tegengestemd.
280BOUWPOLITIE(1e afdno. 2221).
De Voorzitter brengt vervolgens aan de orde het advies
van de Commissie O.W. dd. 22 December 1931om aan de Goede-
te Soesterberg geen ontheffing ingevolge art.15 der Bouwveror
dening te verleenen, aangezien deze heeft verklaard aan de ge
stelde voorwaarden inzake afstand van grond niet te zullen
voldoen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het ad
vies van de Commissie O.W. besloten.
281.GEMEENTEPERSONEEL. (4e afdno. 21/1747.
De Voorzitter deelt hierna mede, dat tenslotte van de
Commissie van Openbare Werken ,een voorstel is ingekomen om
de noodige gelden toe te staan om gedurende een tijd van 4
maanden een tweeden teekenaar tewerk te stellen tegen een be
looning van 30,= per week en om een persoon tegei/ 20,= per
week te belasten met het ordenen van het oude archief. Naar
aanleiding van dit voorstel dat Burgemeester en Wethouders
overnemen, wordt een begrootingswijziging aangeboden,waarbij
voor bedoelde belooningen een post van 620,= wordt uitge
trokken en de post "onvoorzien" met gelijk bedrag wordt ver
minderd.
De heer Grootewal stelt de vraag, of kan worden aange
nomen, dat binnen 5 weken het archief in orde is gebracht.
De heer Busch acht het wel gewenscht, dat het in orde
brengen van het archief, waarmede, naar hem bekend is, reeds
een aanvang is gemaakt, wordt voortgezet. Spreker is evenwel
van meening dat de loonen in kwestie, althans het loon van
den teekenaar Veen ad 30>- per week, reeds in de begrooting
zijn verwerkt.
De heer Grootewal is overtuigd, dat de achterstand in de
ordening van het archief moet worden ingehaald, doch wil een
pertinent antwoord.
Wethouder Lodeesen merkt op, dat de persoon, die met het
ordenen van het archief is belast, thans daarmede reeds bezig
is tegen een werklcozenloon. Nu de heef Meurs voorstelt, om
voor de voltooiing van het werk bedoelde persoon nog 5 weken in