28 September 19J2 146. vroeger bedorven zijn. Men moet overgaan tot een geleidelijken overgang. Alleen ten aanzien van nog niet bedorven gedeelten dient men de verordening letterlijk toe te passen. De omstan digheden moeten in aanmerking genomen worden, en waar hier ook andere belangen op den voorgrond treden, wil Spreker in dit ge val de ontheffing toestaan. De heer de Nies is het volkomen met den heer Grootewal eens Spreker is van oordeel, dat langs die straat toch geen kapitale huizen zullen verrijzen, daar er ook reeds eenige winkelhuizen, een kunstmesthandel, autogarage en melkfabriek aanwezig zijn» Worden daar evenwel kapitale huizen gebouwd, dan zullen deze toch niet bewoond worden en een strop zijn. Aangezien bij inwil liging van het verzoek geen enkel gemeentebelang wordt geschaad, en de bewoners van huizen van kleinen omvang ook belastingpen ningen opbrengen, meent Spreker dat de ontheffing verleend inoet worden. Men heeft meer aan kleine huizen, welke bewoond zijn,dan aan groote huizen, welke veelal leeg staan en die daar ter piaat- se toch niet tot hun recht komen. De heer Busch wil naar aanleiding van het gezegde van den heer Gasille opmerken dat, voorzoover hem bekend is, nimmer een beroepschrift van den heer Kleijn in den Raad behandeld is. Sprekêr zou dan ook zeer zeker voor inwilliging van dit verzoek geweest zijn. Spreker^verklaart voorts nadrukkelijk, dat hij niet het belang van één persoon op het oog heeft doch de be langen der gemeente. Men moet deze zaak practisch bekijken.In dezen tijd is geen vraag meer naar kapitale huizen, en over de kwestie van ontsierend of sierend kan men lang en breed praten. Spreker wijst vervolgens op den gesloten bouw te Hilversum, wel ke toch ook sierend is. De welvaart onzer gemeente hangt af van de vraag naar kleine huizen. Men moet vooruitzien, en het spijt Spreker dat de heer Endendijk nu zoo'h eng, bekrompen standpunt inneemt. Bij weigering om te mogen bouwen met een open ruimte van 2-g- Meter worden meerdere menschen gedupeerd. Er zijn o.a. aan de Middelwijkstraat 4 terreinen, elk ter waarde van 4000,= Een dergelijk terrein is te duur om daar één woonhuis op te stichten. Men moet zich afvragen waaraan de gemeente behoefte heeft. En dan is het in het belang der gemeente dat de boi*w van kleine huizen wordt mogelijk gemaakt.Spreker raadt voorts aan ernstig in aanmerking te nemen, dat de gesloten bouw ook is toe gestaan voor de Steenhofstraat en de Torenstraat, zoodat het al leszins billijk is dat de bouw aan de Middelwijkstraat gemakkei lijker wordt gemaakt. Men moet dus naar Sprekers oordeel de Bouw verordening wijzigen in overeenstemming methet gevraagde, niet ten behoeve van een persoon, doch voor meerdere personen- De heer Nooder vraagt of het advies van den landschapsar chitect is gevraagd, daar bij het uitbreidingsplan toch ook re kening gehouden moet worden met de soort van huizen aan de ver schillende wegen. De heer Busch zegt dat de landschapsarchitect zich natuur lijk aan de verordening houdt, doch niet deze, maar de Raad stel het uitbreidingsplan vast. De Voorzitter merkt op dat Hartemink eerst in 1951 eigenaar van het desbetreffend perceel is geworden. Toen gold reeds de thans bestaande Bouwverordening. De heer Busch zegt dat het hier een zuivere gemeenschaps kwestie is. Wanneer men de Bouwverordening niet wijzigt maakt men een groote massa dood kapitaal. De heer de Bruijn

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1932 | | pagina 292