- 17. Januari wordt betaald, en dat men dan het overschot aan den hulpkeurmeester geeft, die tenslotte zelf maar voor een auto moet zorgen. De heer van Klooster zegt-, wel ja* De heer Grootewal verzoekt den heer van Klooster niet te interrumpeeren. Wanneer de heer van Klooster het beter weet moet hij met voorstellen komen.- De heer van Klooster zegt zeker evenveel van deze zaak te weten als den heer Grootewal Spreker iaat zijn mond niet door den heer Grootewal snoeren:. De heer Grootewal zegt dat hier door B. en W. in strijd is gehandeld met het Raadsbesluit van 17 Dec.193'i? hetgeen niet in het belang van den dienst is.- De heer Gasille meent dat dese zaak overdreven wordt voorgesteld. Spreker kan niet inzien, dat dengeheelen dag een auto noodig is. Als deze ambtenaar geholpen wordt, zooals B. en W. dat voorstellen, kan bet gebruik van een auto ge combineerd worden met het gebruik van zijn rijwiel. Het is absoluut niet noodig, dat dag en nacht een auto ter beschik king van den hulpkeurmeester wordt gesteld. Waar dus een ge deelte van zijn werk met een rijwiel kan worden verricht, vindt Spreker een vergoeding van 400,= voldoende. Spreker is het wel met den heer Grootewal eens, dat het raadsbesluit door B. en W. op een andere wijze is uitgevoerd, zoodat de Voorzitter daarvan mededeeling had moeten doen ter verkrij ging van de goedkeuring van den Raad. De heer Endendijk wil naar aanleiding van het betoog van den Voorzitter even opmerken, dat de auto van den heer Winter niets te maken heeft met de beschikbaarstelling van een auto voor den hulpkeurmeester* Alleen bij afkeuringen en ingeval van oontrSle op den hulpkeurmeester is de ^uto van den heer Winter noodig. Het gaat dus om de beschikbaarstel ling van een auto voor den hulpkeurmeester, en deze kan niet met een bedrag van 400,= toe, daar aan den dienst weinig personeel is verbonden, en de gemeente zeer uitgestrekt is. Spreker wil minstens een bedrag van 500,= handhaven, aan gezien er een zoodanig vervoermiddel moet zijn, dat de dienst goed kan functionneeren. De Voorzitter acht ook een snelvervoermiddel noodig, doch geen auto. Deze is niet noodzakelijk. De heer de Bruijn, die hoopt dat hedenmiddag de slacht huiskwestie niet aangeroerd zal worden, wijst er op, dat er meerdere samenwerking moet zijn tusschen het slachthuis en de gemeente. Naar Sprekers meening werken B. en W. niet mede, wanneer het de belangen der gemeente betreft. Op 6 Dec. j.1. is door den heer Vos, exportslager te Amersfoort gevraagd buiten de gewone uren gebruik te mogen maken van het slacht huis voor slachting van een zeer groot aantal dieren. Hier uit zou een groot voordeel voortvloeien voor het slachthuis en voor de gemeente. B. en W. hebben hieromtrent de commis sarissen van het slachthuis niet gehoord; tot heden zijn slechts eenige inlichtingen gevraagd aan de Directie van het Slachthuis. Spreker moet over een dergelijke afdoening van zaken zijn misnoegen uitspreken. Ook zou bij inwilli ging van het verzoek van den heer Vos wellicht wijziging komen in den werkkring van den hulpkeurmeester.Spreker

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1932 | | pagina 34