7 April 1952 56. vraag is, of de koopsom billijk is en of de gemeente voor dit bedrag een woning kan bouwen, terwijl de tweede vraag is, of de heer Lub recht heeft op een ambtswoning. Zoo neen, dan behoeft de gemeente ook geen woning te zijner beschikking te stellen. Spreker acht het wel noodig, dat naar een en ander een onderzoek wordt ingesteld. De heer Gasille vraagt eveneens of voldoende onderzocht is, of de geboden koopsom wel hoog genoeg is, zoodat het voorstel in het belang der gemeente is. De Voorzitter zegt dat dit voorstel voor de gemeente de beste en goedkoopste oplossing is. De heer Endendijk vraagt of het bedrag van 7500,= toereikend is, zoowel voor den bouw van een onderwijzers woning als voor het aanbrengen van een nieuwen gevel aan het gymnastieklokaal, waarop de Voorzitter antwoordt dat men met dit bedrag ruimschoots uitkomt. De heer van Klooster vraagt of de koopsom van het Rijk wel bestemd mag worden voor den bouw van een onder wijzerswoning. Indertijd bij den verkoop der Electrische Centrale mochten de gelden ook niet voor andere doeleinden aangewend worden. Spreker vraagt of Burgemeester en Wethou ders dus de zekerheid wel hebben, dat het geld voor het voorgestelde doel bestemd mag worden. Een nauwkeurig onder zoek dienaangaande door Burgemeester en Wethouders acht Spreker zeer gewenscht. De heer Endendijk vraagt of er thans nog schuld rust op het bestaande gebouw. Zoo ja, dan zal die toch eerst afgelost moeten worden. De heer Busch vraagt nog of een bedrag van 500,= x. wel toereikend is voor een gevel, welke in overeen stemming is met het aspect der omgeving. Spreker meent, dat Burgemeester en Wethouders deze zaak nog wel eens van alle kanten mogen bekijken, en dat de Commissie Openbare Werken ook haar oordeel nog wel eens mag geven omtrent het plan De heer Gasille wenscht ook eerst te weten of de heer Lub recht heeft op een ambtswoning. De Voorzitter stelt naar aanleiding van de gehouden besprekingen voor deze zaak voor nader onderzoek aan te houden, en te dien einde wederom in handen te stellen van Burgemeester en Wethouders» Aldus wordt besloten. >4.B0UWP0LITIE (1e afd.nr.1/425) Behandeling van een adres van G. van den Berg, ver zoekende hem alsnog vergunning te verleenen voor den bouw eener garage met bovenwoning op een perceel aan den f1" Ossendamweg. Ten aanzien van dit beroepschrift merken B. en W. o.m. óp, dat de termijnbinnen welken het beroep moet worden ingesteld, is verstreken. Het beroep moest n.1. ingevolge de bestaande voorschriften worden ingesteld binnen JO dagen nadat adressant van het besluit tot weigering der vergun ning is kennisgegeven. B. en W, stellen mitsdien voor het beroep niet-ontvankelijk te verklaren. De heer Busch stelt voot deze aangelegenheid ter

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1932 | | pagina 72