10 Augustus 192J 200. Du hoer Grootewal acht het beter om dan eerst dit overleg te doen plaats hebben, en dat daarna dit voorstel wordt behan deld. Men weet dan vrij zeker wie benoemd zal worden. De heer Gasille zegt tegen een derden Wethouder te zijn. Sprekers standpunt is voldoende bekend. Spreker wil er liever maar niet meer van zeggen om hatelijkheden te voorkomen. De Voorzitter zegt dat, wanneer een ambtenaar bij Openbare Werken wordt benoemd, zooals door Mej.Punke wordt bedoeld, en dien men volkomen kan vertrouwen, het werk van het College wel ontlast zou worden, doch nog niet voldoende. Bij het College moet moet een lid tegenover den Kaad en in het College de ver antwoordelijkheid voor dien tak van dienst durven dragen en ook kunnen dragen. De heer Busch bepleit nogmaals een algemeen overleg. De Voorzitter wijst erop dat men wel eens een niet juist oegrip omtrent het Wethouderschap heeft. Dit blijkt hem ook uit enkele woorden van zooeven. Een Y/ethouder is geen opzichter, doch moet voldoende algemeen ontwikkeld en op de hoogte van den tak van dienst zijn om leiding te kunnen geven en de verschillende voorkomende zaken te kunnen beoordeelen. Daarom behoeft hij nog niet elke detail van een technische zaak te kennen. Hieromtrent moet men wel op de volkomen deskundigheid van de ambtenaren kun nen rekenen en speciaal van den leider. Voor een goede behandeling van zaken is dus zeer zeker een leider op wiens kennis men vol komen kan vertrouwen noodzakelijk. De heer Busch zegt dat de Voorzitter door zijn gezegde dat men een ambtenaar moet hebben, dien men volkomen kan vertrouwen, de nu werkzaam zijnde ambtenaren bij Openbare V/erken eigenlijk als minderwaardig qualificeertZulks is geenszins bewezen. Het is daarentegen wel bewezen, dat de ambtenaren bergen werk moeten verzetten, waarvan niets terecht komt. Bij Bouw- en Wo ningtoezicht is een stapel schriftelijke voorstellen enz.aanwe zig van 12 cM. dikte en waarvan niets tot uitvoering wordt ge bracht. Men moet in het College van Burgemeester en Wethouders iemand hebben, die leiding kan geven. De heer Gasille merkt op dat uit het gezegde van den heer Busch blijkt, dat wanneer er zooveel werk bij Openbare 'Werken blijft liggen, de ambtenaren van Openbare Werken niet bekwaam zijn. Wanneer men een persoon bij Openbare Y/erken verkrijgt, die leiding geeft, zal het werk zeer zeker voor het College verlicht worden. Een Wethouder behoeft niet bepaald een technicus te zijn, doch de zaken moeten beheerscht worden door de ambtenaren. De heer Busch zegt dat de zaak door den heer Gasille niet verkeerd moet worden opgevat. Men moet een verstandig College van Burgemeester en Y/ethouders hebben. De heer Gasille wijst erop dat men aan Openbare Werken een ambtenaar als hoofd moet hebben, zooals door Mej.Punke wordt bedoeld, en dan is een derde Y/ethouder niet noodig. Men kan die 1500,= voor een Wethouder wel besparen. De heer Busch is ook van oordeel dat door de benoeming van een derden Wethouder de kosten der Y/ethouders niet met 1500,= moeten worden verhoogd. De drie Y/ethouders moeten dan de 5000,= met elkander verdeelen. De Voorzitter zegt dat voor het algemeen beleid van het College een derden Wethouder noodig is. YYethouder

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1933 | | pagina 402