25 October 1955 256.
De heer Grcotewal zegt te kunnen begrijpen dat de Wethouder
meent dat hij gepasseerd is, doch de Wethouder dient dan ook zelf
het woord te nemen.
De heer de Dies, die opmerkt dat de Minister weliswaar wijzi
ging van de steunregeling heeft voorgeschreven, vraagt of geen
uitweg mogelijk is.
De Voorzitter zegt dat de steunregeling gewijzigd wordt op
verzoek van den Minister; de verlaging van de steunnormen gaat
echter uit van B. en W.
De heer de Nies vraagt of men den Minister niet in deze kan
overtuigen.
De Voorzitter licht ter verduidelijking nog eens toe, dat het
v-orstel tot verlaging van de grondsteunnormen uitgegaan is van
B. en W. Dit voorstel is den Minister bereids gedaan, doch indien
de Baad evenwel een andere beslissing wil nemen en de thans be
staande normen wil handhaven, dan zullen B» en W. zich opnieuw cot
den Minister wenden met de wenschen van den Baad.
De heer de Nies vindt de steunnormen veel te laag, vooral
voor de kleine gezinnen.
De heer Nooder is een gelijke meening toegedaan.
De heer Busch betoogt eveneenr dat de voorgestelde normen
veel te gering zijn, vooral wanneer men bede ïkt dat vele gezinnen
5,= per week aan huishuur moeten betalen. Hoewel Spreker het
eens is met de opmerking van den heer Nooder, meent Spreker,dat
het toch op den weg der gemeente ligt om de grcote gezinnen meer
te geven dan de kleine gezinnen. De nood voor de groote gezinnen
is hoogex dan voor de kleine gezinnen. Spreker dringt er voorts op
aan dat met den Minister overleg gepleegd wordt om de toezegging
te verkrijgen dat de mensöhen van de straat geholpen worden.Spre
ker zou niet eerder rusten voordat hij bij den Minister resultaten
had bereikt. De arbeiders dienen te werken tegen behoorlijk loon.
Steunverleening werkt funest, en men moet ingrijpen, want anders
brengt men de arbeiders tot wanhoop.
De heer Gasille is van oordeel dat het voorstel van B.en W.
ten aanzien van de steunnormen veranderd moet worden. Spreker wil
deze normen niet met 1verlagen, maar wel uitbreiding van den
toeslag, zooals B. en W. voorstellen.
De Voorzitter stelt hierna voor de steunregeling op 50 Octo-
ber a.s. in werking te stellen, waarmede de vergadering zich zon
der hoofdelijke stemming vereenigt. De vergadering vereenigt zich
eveneens met de door B. en W. voorgestelde wijziging in de steun
regeling krachtens voorschrift van den Minister.
De heer Gasille voelt niets voor steun aan de groote gezin
nen ten koste van de kleine gezinnen. Daarom stelt hij voor de
steunnormen niet met 1,= te verlagen, doch wel een toeslag van
0,75 per gezinslid boven 2 personen uit te breiden van een
maximum van 4 tot een maximum van 6 personen.
De Voorzitter zegt dat dit aan den Minister gevraagd kan
worden.
De heer Endendijk vindt het voorstel van B. en W. een goeden
middenweg.Het voorstel van den heer Gasille zal naar Sprekers
meening bij den Minister fiasco lijden.
De Voorzitter zegt dat volgens de bestaande regeling de door
den heer Gasille bedoelde steunnormen gelden. Wenscht de Baad die
te handhaven en daarenboven uitbreiding van den toeslag, dan
zullen