25 November 1955
- 256
goede regeling dezer zaken zal verkrijgen,daar thans groote
sommen zijn gestort zonder dat tot wegaanleg wordt overgegaan,
maar Spreker wil er bij de artikelsgewijze behandeling naar
streven dat de beide belastingen niet onder dezelfde benamin
gen geheven worden. Voorts wijst Spreker er nog op, dat er
verschillende Rijkswegen zijn, alwaar de bewoners alleen voor
de betaling hunner belasting het genot van straatverlichting
hebben. Deze wegen zijn immers in onderhoud bij het Rijk. Zulks
is niet in overeenstemming met hetgeen ervoor betaald moet wor
den. bewoners aan andere wegen betalen een gelijk percentage
en genieten daarvoor meerdere voordeelen. Spreker hoopt dat B. en
W. zullen zorgdragen dat de benamingen niet dezelfde zijn, waar
onder deze belastingen worden geheven.
De heer Grootewal merkt op dat de aanlegbelasting nimmer
voor de geheele gemeente zal gelden, doch alleen zal gelden voor
gedeelten der gemeente. Bij verharding van wegen worden de daar
aan gelegen terreinen bouwrijp gemaakt. Aangezien dus de waarde
van verschillende perceelen daardoor verhoogd wordt, is het ook
billijk dat de desbetreffende eigenaren bijdragen in de kosten
De straatbelasting, welke thans geheven wordt, heeft een andere
strekking. Deze wordt immers geheven voor het onderhoud enz. der
wegen. Spreker, die een herziening der straatbelasting ook wel
noodig vindt, zegt dot de hoofdzaak der voorgestelde aanlegbe
lasting is, dat men een voel billijker regeling krijgt in plaats
van de stortingen in het Wegenfonds. Bij invoering eener derge
lijke ^belasting krijgt men een gunstiger regeling. Spreker is
dus vóór do invoering dezer belasting, welke een groot voordeel
kan zijn voor sommige menschen.
De heer Gasille zegt dat volgens het opschrift der Verorde
ning ook een belasting geheven zal worden van bestaande wegen.
Op de benaming der verordening waren Sprekers woorden van zooeven
gericht. Spreker is ook tegen de stortingen in het Wegenfonds, en
vóór de invoering eener aanlegbelasting, doch dan moet deze al
leen geheven worden bij aanleg van nieuwe wegen, zoodat de bena
ming en de grondslag der verordening dus gewijzigd moet worden.
Spreker wil derhalve de bestaande wegen hier buiten laten.Voor
vernieuwing enz. van de oude wegen moet men de daaruit voort
vloeiende kosten vinden uit de Straatbelasting. Voorts wijst
Spreker erop, dat de tijd van bestudeering dezer voorstellen wel
wat kort geweest is» Het was toch immers eerst de bedoeling dat
de leden hunne opmerkingen naar voren zouden kunnen brengen,
terwijl slechts eenige dagen geleden is gezegd, dat het de be
doeling van B. en W. was over te gaan tot vaststelling der ver
ordeningen. Spreker zou de behandeling liever willen uitstellen,
daar de verordening toch niet op 1 Januari a.s. in werking zal
kunnen treden. De Voorzitter weet ook wel dat de verordening
Koninklijk goedgekeurd moet worden, en dat een dergelijke goed
keuring nooit zoo spoedig afkomt.
De heer de Dies vraagt of men bij aanneming dezer verorde
ning voorgoed van alle misère af zal zijn, zoodat de menschen
dan ook niet jaar en dag in de modder behoeven te zitten. "Wan
neer men door aanneming dezer verordening tot een spoediger we
genaanleg komt, zou Spreker dat zeer toejuichen, en kan hij zich
met de voorstellen vereenigen.
De Voorzitter