145. Ha eenige discussie wordt tenslotte punt a_ van het voor stel van B.en W. zonder hoofdelijke stemming aangenomen, met aanteekening van de heeren Endendijk en de Bruijn, dat zij alleen voorgestemd hebben voor dit jaar. Punt Is van het voorstel van B. en W. wordt met een toe voeging op voorstel van den Voorzitter "dat het de bedoeling is dat de"werkelijke" zonnebaden gescheiden worden gehouden" eveneens zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Ter toelichting van punt van het voorstel van B,en W. deelt de Voorzitter mede, dat zeer weinig gebruik wordt ge maakt van de niet-gemengde baden. In het tijdvak 11- 16 Juni werd de inrichting als volgt bezocht: 11 Juni 9 dames in het niet-gemengde bad, 12 Juni 4 dames,15 Juni 8 dames, 14 Juni 9 dames, 15 Juni 14 dames en 16 Juni 12 dames, terwijl het niet-gemengde bad werd bezocht op 11 Juni door 1 heer, 12 Juni 1 heer, 1) Juni 5 heeren, 14 Juni 7 heeren, 15 Juni 1 heer, en 16 Juni 6 heeren. Op 12 Juni kon een groot gezelschap niet toegelaten worden omdat het bad toen alleen maar voor dames opengesteld was en dit gezelschap ge mengd wilde baden. De heer Endendijk merkt op dat deze cijfers in een zeer ongunstig tijdperk zijn opgenomen. De Voorzitter zegt dat het de bedoeling is geregeld aantee» kening van het bezoek te houden, zoodat geregeld kennis genomen kan worden van de cijfers. De heer Endendijk zegt nog dat op 21 of 25 Mei in het gemengde bad niemand te zien was. De heer Stroband zou gaarne zien dat aanteekening werd gehouden van Bon, die aan het gemengde bad deelnemen, en ook deelnemen aan de afzonderlijke baden. De heer Nooder zou dan de bezoekers der afzonderlijke baden willen doen vragen of zij principieel bezwaren hebben tegen gemengde baden. De Voorzitter zegt dat men een dergelijke vraag moeilijk kan stellen. Geregeld zal aanteekening worden gehouden omtrent het deelnemen aan de niet-gemengde baden. Hierna wordt punt van het voorstel van B. en W. zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 149.BQUWPOLITIE (1e afd. no. 5485, 5400 en 5447). Verzoeken om ontheffing van.art.15 der Bouwverordening. Door Burgemeester en Wethouders wordt voorgesteld: a ontheffing te verleenen aan P.W.Duin Jr. te Soest, ten be hoeve van den bouw van 4 woningen onder een kap, op een ter rein kad.bekend in sectie D no.1826 gelegen aan den Braam- weg. afwijzend te beschikken op het verzoek van J.L.v.d.Lichte te Soest om ontheffing^ten behoeve van den bouw van een blok van 4 woningen onder eén kap, op een terrein kad bekend in Sectie A.no.2507 gelegen aan de Stadhouderslaan. afwijzend te beschikken op het verzoek van P.Zee te Soest om ontheffing ten behoeve van den bouw van een blok van 5 woningen onder één kap, op een terrein kad. bekend in Sectie A.nos. 2516 en 2459 gelegen aan de Stadhouderslaan. De heer

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1934 | | pagina 290