1 Augustus 19^4162. gemeente kwam tot dusver alti jd achteraan met den grondafstand van de betrokken eigenaren. Spreker is er sterk voor dat eerst de voorbereidende werkzaamheden verricht worden opdat bij den aanleg van den weg doorgewerkt kan worden. Spreker wijst in dit verband op de misère, welke ontstaan is bij den grondafstand aan de Ko- ninginnelaan,Oude Utrechtscheweg en Ossend$mweg. De Voorzitter merkt nog op dat de Pinancieele Commissie het wel eens is met den Wethouder, doch dat het gaat om de verschuiving van het tijdstip, waarop de werkzaamheden uitgevoerd moeten worden. Men moet voorzichtig zijn met het doen van uitgaven op den kapitaal- dienst. Daarom wil de Commissie de verbetering verschuiven. De voor bereidende werkzaamheden kunnen kalm worden verricht door de be staande krachten bij Openbare Werken. Wethouder van Klooster zegt dat men dan weer de oude toestand®! van vroeger zal verkrijgen. Met de voorbereiding is reeds begonnen. De heer Koornwinder is bezig met de metingen, terwijl al enkele on derhandelingen zijn verricht met betrekking tot den grondafstand. Men moet de zaak in verband met deze omstandigheid niet in den doofpot stoppen. De heer de Nies acht deze wegverbetering noodzakelijk. Boven dien is het van groot belang dat de arbeiders weer kans op eenig werk hebben. Spreker meent dat de door B. en W. bedoelde voorbe reidingen noodig zijn. De heer Mulder merkt allereerst op dat het toch-zeker de be doeling zal zijn tot vernieuwing dezer wegen over te gaan na goed keuring der Baatbelasting. Spreker vindt het dan ook onzin om nu verder op deze zaak in te gaan. Hier is geen sprake van een object voer werkverruiming, daar men voor de voorbereidende werkzaamheden iemand neemt uit een andere plaats. Spreker wijst er tenslotte nog op dat dit voorstel van B. en W. in strijd is met een rapport, het welk in het bezit van dit college is. Spreker stelt voor dit punt van de agenda af te voeren, omdat punt 25 der agenda een ander voor stel geeft. Wethouder van Klooster zegt dat hij zich wel bij het besluit van den Baad zal neerleggen, wanneer men later maar niet met eenig verwijt komt. Spreker zegt dat men hier personen moet uitschakelen. De heer Mulder constateert nogmaals dat het voorstel van B.en W. in strijd is met een rapport hetwelk in hun bezit is. De heer Grootewal merkt op dat wanneer de desbetreffende af- deeling niet capabel is voor opmetingen, onderhandelingen enz. men maar met die werkzaamheden moet wachten totdat een flinke reorga nisatie tot stand komt. Het betreft hier gewoon werk, en het gaat niet aan om daarvoor maar steeds tijdelijke krachten binnen te ha len die later weer op een vaste aanstelling aandringen. Waar er dus een ernstige reorganisatie zal plaats hebben, stelt Spreker voor het aangevraagde crediet niet toe te staan, en overeenkomstig het voorstel der Pinancieele Commissie te besluiten de voorberei dende werkzaamheden voorloopig te doen uitvoeren door de krachten, welke thans bij den Dienst Openbare Werken werkzaam zijn. De heer Gasille vraagt hoe de stand van zaken is met betrekking tot de werkzaamheden, verbonden aan de samenstelling der gemeente- begrooting 1955. Deze begrooting moet op 1 September a.s. zijn in gediend. De Burgemeester heeft reeds aan Spreker medegedeeld dat nog niets aan deze begrooting gedaan was. Spreker acht het niet ge- weneht dat B. en W. weer tot het laatste moment met de indiening dier

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1934 | | pagina 324