1 Augustus 1934 168. de motie in te trekken, daar het seizoen al voor een groot deel verstreken is, en deze zaak dan bij de begrooting kan worden be handeld. De Voorzitter zegt dat ge-en enkel nut is te verwachten van de aanneming of verwerping der motie, daar de zaak toch onveranderd blijft. De heer van Duren wijst er ook nog op dat het artikel op de zelfde wijze wordt toegepast als verleden jaar. Hier is geen sprake van buitenwerkingstelling van art.5 door het Stichtingsbestuur. De heer Endendijk zegx dat de heer van Duren toch zeer goed weet dat het Bestuur eenparig had besloten tot handhaving van art. 5, en dat in verband daarmede de noodige instructies enz. werden gegeven. Later heeft het Stichtingsbestuur zijn standpunt gewij zigd, en werden weer andere instructies gegeven. Hierna wordt de motie van de heeren Endendijk en de Bruijn in stemming gebracht en verworpen met 8 tegen 5 stemmen.Vóór de motie stemden de heeren Endendijk, van Duren, van den Berg,van Dam en de Bruijn. 165.NATUURBAD (4e afd.no.3313)- Vervolgens heeft ce benoeming plaats van een lid van het stichtingsbestuur van het natuurbad in de vacature, ontstaan door de ontslagname als zoodanig door den heer Endendijk. De Jaeer van Duren beveelt den heer Endendijk ter benoeming aan. Overgaande tot stemming, werden uitgebracht 9 stemmen op den heer Hornsveld, 2 stemmen op den heer Endendijk, 1 stem op den heer van den Berg, en 1 stem blanco, zoodat de heer Hornsveld be** noemd werd, wien bericht van zijn benoeming zal worden gezonden. De heeren van Duren en van den Berg fungeerden als stemopne- mers 166.ALGEMEENE POLITIE-VERORDEN ING (1e af dno.5550). Adres van den Raad der Gereformeerde Kerk e.a. verzoekende de gemeente voortaan voor kermisgedoe te bewaren, met voorstel van B. en W. B. en W. deelen in hun schrijven dd. 26 Juni 1954 no.5550 mede, dat op grond van de bepalingen der artt7 en 158 der Alge- meene Politieverordening de bevoegdheid tot het verleenen van verr gunning tot het houden eener kermis aan den Burgemeester behoort. Voorts merken zij op dat in de raadsvergadering van 25 Mei 1954 bij meerderheid van stemmen slechts besloten is tot beschikbaarstel ling van een gemeente-terrein tot het houden eener kermis. Waar de Raad dus zelf geen besluit heeft genomen tot het houden eener ker mis, en ook een dergelijk besluit niet kan nemen, stellen B. en W. voor bovengenoemd adres voor kennisgeving aan te nemen.jDe heer Endendijk""zëgtTdat hij"hoopt dat"de~"inhoud" van het request van in vloed zal zijn op de beschouwingen van den Burgemeester, die vol gens de Algemeene Politieverordening uitsluitend de bevoegdheid heeft vergunning te verleenen tot het houden eener kermis. Spre ker kan zich vereenigen met de conclusie, voorkomende in het prae- advies van Amersfoort werd onlangs een kermis gewei- ge rd, en di#wWr<r ^e dupe van de randgemeente Hoogland, alwaar een kermis meer dan 5000,= aan gemeentelijke belasting opbracht. Uit Amersfoort vloeide n.1. door die kermis een bedrag van bijna 120.000,= weg, terwijl gezegd wordt dat de Burgemeester van Hoogland

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1934 | | pagina 336