11 October 1934 229» welke 3 gewone leden heeft ter beoordeeling van het aesthetisch gedeelte, en 2 buitengewone leden voor de beoordeeling van de wel- standseischen. De heer de Bruijn merkt voorts op dat de Wethouder nog ver geten heeft een crediet aan te vragen voor aanschaffing eener nieuwe auto bij het Gasbedrijf. De heer Grootewal zegt dat het de bedoeling is deze aangele genheid bij de begrooting te behandelen. De heer Endendijk deelt voorts mede dat de aannemer van de vernieuwing der Banningstrant afwijkt van de bepalingen ten op zichte van de uitbetaling der loonen. Zoo staat op den staat van aanwijzing dat het meer en minder werk berekend wordt tegen 44 cent per uur. De aannemer interpreteert nu de zaak zoo dat hij van die 44 cent mag aftrekken verzekeringskosten, kosten van toe zicht enz., waardoor de betrokken arbeiders te weinig loon ont vangen. Wethouder van Klooster betoogt dat deze kwestie reeds de volle aandacht heeft. Toen Spreker klachten ter oore kwamen,heeft hij dadelijk eenige malen een onderzoek ingesteld, en de Commis sie Openbare Werken heeft deze zaak ook behandeld. Wanneer men nu bij den aannemer aandringt op het nemen van geschoolde krach ten, dan beloopt men de kans dat hij die van buiten neemt omdat ze niet in Soest te vinden zijn. De gemeente kan verder niet in grijpen, en de betrokken organisaties zullen een klacht moeten indienen, welke dan kan worden onderzocht. B. en W. wachten dus op een klacht, doch deze zal vermoedelijk wel niet ingediend worden, daar men bang is voor de gevolgen. De heer Grootewal wijst erop dat noch in het bestek, noch in den staat van aanwijzing vermeld staat dat het werk moet worden uitgevoerd door geschoolde of door ongeschoolde krachten. De ge meente heeft niet het recht te zeggen dat de aannemer geschoolde krachten moet nemen. De aannemer voldoet aan het bestek en de gemeente kan hier niet ingrijpen. De heer Endendijk vraagt of hier dan sprake is van een ge brek aan het bestek, waarop de heer Grootewal opmerkt dat in geen enkel bestek een regeling dienaangaande voorkomt. Men treft geen verklaring aan van wat onder "geschoold" moet worden verstaan. Wethouder Lodeesen wijst er nog op dat zich in dit opzicht geen moeilijkheden hebbeen voorgedaan bij de vernieuwing van de Beukenlaan en den Nieuweweg, en toen had men dezelfde besteke bepalingen. De heer Hornsveld verzoekt om aan de plaatselijke handelaren prijsopgaaf te vragen voor de aanschaffing van de nieuwe vracht auto voor Openbare Werken. De Voorzitter zegt dat het hier een kwestie van uitvoering is doch dat met het gezegde van den heer Hornsveld rekening zal wor den gehouden. De heer Hornsveld wijst voorts op de slechte verlichting in het eerste gedeelte van de Spoorstraat, alwaar de lampen op meer dan 150 Meter afstand van elkander staan. De heer de Nies merkt op dat de verlichting van de Beetzlaan ook te wenschen overlaat. Spreker heeft hierop al meermalen gewe-f- zen en verzoekt daarin verbetering aan te brengen door bijplaat sing van een lichtpunt. De Voorzitter

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1934 | | pagina 458