21 October 1924 246.
noeming van den ontvanger het bedrag waarvoor hij zekerheid moet
stellen, door den raad worden bepaald, terwijl volgens artikel
119 dier wet verlaging van de zekerheid slechts kan plaats vinden
1e. bij aanmerkelijke vermindering van de jaarlijksche inkomsten
der gemeente en
2e. Wanneer na_ de benoeming van den ontvanger een regeling om
trent de bewaring van gelden als in het derde lid van arti
kel 117 der gemeentewet bedoeld, wordt ingevoerd.
Ten aanzien der verlaging der zekerheid kan geen der geval
len nader onder 1e en 2e omschreven worden toegepast. De onder
2e omschreven regeling bestond reeds op het tijdstip waarop
de zekerheid voor den benoemden ontvanger werd vastgesteld.
De eenige mogelijkheid om tot een oplossing ten aanzien van
de verlaging der zekerheid te komen is dat de benoemde ontvanger
op zijn verzoek eervol ontslag wordt verleend. Hierna wordt door
U met intrekking van Uw besluit van 11 October 1924, 4e afdee-
ling Do. 2721 het bedrag der door den te benoemen gemeente-ont
vanger ten behoeve der gemeente te stellen zekerheid bepaald op
15*000,= Vervolgens wordt na daartoe van ons ontvangen aan
beveling overgegaan tot de benoeming van een gemeente-ontvanger
Wij hebben deze oplossing ter kennis van den benoemden ont
vanger gebracht. Ter tegemoetkoming aan de gerezen bezwaren heeft
hij bij verzoekschrift dd. heden eervol ontslag als ontvanger
aangevraagd
In verband met het vorenstaande stellen wij U voor:
a_ aan den in Uwe vergadering van 11 October j1benoemden ge
meente-ontvanger Th.J.Regter op zijn verzoek eervol ontslag
te verleenen;
b_ met intrekking van Uw besluit dd. 11 October j.l.,4e afd.No.
2721 te besluiten het bedrag der door den te benoemen gemeen
te-ontvanger ten behoeve der gemeente te stellen zekerheid
te bepalen op VIJFTIEN DUIZEND GULDEN 15.000,=);
_c in verband met het sub b voorgestelde te besluiten:
'1. tot wijziging van het bedrag van "zestien duidend", ge
noemd in art.10, eerste lid van de bij raadsbesluit van 24
November 1925 vastgestelde instructie voor den ontvanger
dezer gemeente in "tien duizend" en
2. met intrekking van Uw besluit van 11 October 1924, 4e afd.
No.2721, tot aanwijzing van de bank voor Nederlandsohe ge
meenten als instelling tot storting^van de overtollige gel
den der gemeentekas,
d_ over te gaan tot benoeming van een gemeente-ontvanger waarvoor
wij U aanbevelen:
1. Th.J.Regter, commies ter secretarie dezer gemeente en
2» A.H.Schmitz, commies ter secretarie te Amersfoort;
e_ ons te machtigen om de door U op onze voorstellen omsohreven
onder a_ tot en met d_ te nemen besluiten te formuleeren.
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voor
stel van B. en W. aan den heer Th.J.Regter eervol ontslag ver
leend als gemeente-ontvanger terwijl de voorstellen sub b en o
eveneens zonder hoofdelijke stemming worden vastgesteld en B.en
W. machtiging wordt verleend deze besluiten te formuleeren.
Hierna overgaande tot benoeming van een gemeente-ontvanger,
worden 12 stemmen uitgebracht op den heer Th.J.Regter, 1 stem op
den heer A.H.Schmitz, en 1 stem blanco zoodat de heer Regter
is benoemd.
De heeren