5 December 1954 -264.
sidie wordt toegestaan voor 1954, en dat omtrent de toekenning
van de andere helft gesproken wordt bij de begrooting 1955-
De Voorzitter deelt hierna mede dat hem intusschen gebleken
is dat de gemeente geen verwarmd en verlicht lokaal ter beschik
king heeft gesteld van de vereoniging.
De heer Gasille neemt hier kennis van.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna het voorstel van
B» en W. aangenomen en het desbetreffend ontwerp-besluit tot be-
grootingswijziging vastgesteld.
280.SUBSIDIES (4e afd. no.694).
Adres van de Soester Harmonie P.V.O.in verband met de uit
betaling van de subsidie over 1934.
B. en W. deelen mede dat de Soester Harmonie zich niet heeft
gehouden aan het Raadsbesluit van 28 December 1933, waarbij haar
voor 19354 een subsidie werd verleend van 450,= o.m. onder voor
waarde dat door deze harmonie in 19J4 tien openbare concerten te
Soest zouden moeten worden gegeven. Evenals voor 1954 gebruike
lijk was, heeft zij in den afgeloopen zomer 7 concerten gegeven.
Zij beroept zich thans op onbekendheid met bovengenoemde voor
waarde. Waar zij naar de meening van B. en W. geheel te goeder
trouw heeft gehandeld, vragen B. en W. machtiging het voor 1954
geraamd subsidie, waarvan inmiddels 70% is betaald, geheel aan
de Soester Harmonie uit te keeren.
De heer Mulder spreekt er zijn bevreemding over uit dat de
Raad nu weer een vroeger genomen besluit ongedaan moet maken.
Spreker vindt het eigenaardig dat de brief, waarin aan de Vereeni-
ging werd medegedeeld dat zij 10 concerten moest geven, zoek is
geraakt. Spreker begrijpt niet dat de brief bij notaris Dammers,
die Voorzitter is en wien de brief gezonden zou zijn is zoekge
raakt. Spreker vraagt voorts of het bestuur wel wist dat de Ver-
eeniging onmogelijk 10 concerten kon geven. Deze zaak vindt Spre
ker niet zuiver.
De heer Gasille kan mededeelen dat noch de Voorzitternoch
de Secretaris den brief hebben ontvangen. Wanneer de Vereeniging
het geweten had, waren zeker 10 concerten gegeven, daar dit wel
mogelijk was. Het bestuur was echter niet bekend met deze door
den Raad gestelde voorwaarde.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna het voorstel van
B. en aangenomen.
281.WETHOUDERS-SALARISSEN. (4e afd.no.1161
Voorstel van Gedeputeerde Staten inzake verlaging der wet
houders-salarissen.
Burgemeester en Wethouders deelen mede dat de beide wethou
ders in verband met de voor hen daarbij betrokken persoonlijke
belangen gemeend hebben zich te moeten onthouden van het doen
eener uitspraak. De Voorzitter van het college van B. en W. heeft
te kennen gegeven zich met de door Ged.Staten voorgestelde jaar
wedde van 1000,= voor elk der wethouders dezer gemeente niet te
kunnen vereenigen. In verband met de vele werkzaamheden aan het
wethoudersambt dezer gemeente verbonden, stelt hij voor aan de
Ged.Staten te adviseeren dat naar de meening van den Raad een
jaarwedde-verlaging van 20% als voldoende moet worden beschouwd.
Op grond van het verder medegedeelde in het schrijven van B.en W.
d.d.27 Bov. 1954no1161acht hij het redelijk dat de jaarwedde
der