- 1)7.
lang voelen B.en W. zich rustig en gaan zij rustig voort. Deze
zaak is een uitsluitend "askundige" zaak. De gemeente moet des
kundig bestreden worden. Deskundig is "de Soester" en zijne mede
werkers niet; dit is althans niet gebleken. Wanneer men Spreker
deskundig aantoont dat het water van het Soester Natuurbad geen
goed zwemwater is, en zelfs schadelijk is voor de volksgezondheid
dan zal Spreker het bad direct doen sluiten. Spreker zal blijven
waken voor goed zwemwater en het Staatstoezicht op de Volksge
zondheid heeft toegezegd zijn bijzondere aandacht aan het water
te zullen wijden. Spreker zegt dat het badwater goed was, goed
is en goed zal blijven. Verder zegt Spreker nog dat niemand door
B.en W. opdracht is gegeven monsters water te nemen en te laten
onderzoeken, doch dat het water van gemeentewege werd onderzocht
door het laboratorium Koning en Mooij te Bussum, daarvoor aanbe
volen door Dr.de Fouw, Inspecteur der Volksgezondheid. Het resul
taat van het onderzoek werd telkens aan het bad bekend gemaakt.
De leider van dit laboratorium heeft in 19)) aan Spreker medege
deeld dat er menig drinkwater werd onderzocht dat van slechter
samenstelling was dan dit badwater. Het water voldoet dus aan al
le redelijke eischen van zwem- en badwater.
De heer van den Breemer verlaat de vergadering.
De heer Nooder leest hierna zijne vragen voor, luidende als
volgt
1. Is het B.en W. bekend dat in een plaatselijk blad een reeks
artikelen is verschenen over het Natuurbad?
2. Is het B.en Wofficieel bekend dat een monster water is ge
nomen voor een onderzoek?
Wie heeft bedoelde personen machtiging verstrekt tot het uit
voeren van deze daad?
4. Kan het gevaar opleveren voor de Volksgezondheid, indien de
samenstelling van het water werkelijk zoo was, als in het be
doelde krantenartikel werd vermeld?
5. Ook al worden deze vragen in bevestigenden of ontkennenden
zin beantwoord, ligt het dan niet op den weg van het Gemeente
bestuur om een nader onderzoek in te stellen naar de juist
heid dezer berichten en de mogelijke gevolgen daarvan te aan
vaarden?
De Voorzitter geeft op deze vragen de volgende antwoorden;
1 Ja
2. Indien met vraag 2 bedoeld wordt het officieele onderzoek van
het badwater, opgedragen door B.en W. aan het Laboratorium Ko
ning en Mooij te Bussum, zoo kan bevestigend geantwoord worden
Wordt echter bedoeld het op slinksche wijze nemen van een wa
termonster door niet officieel daarvoor aangewezen personen,
dan moeten B.en W. daarop antwoorden, dat hun dit uit genoem
de krantenartikelen is gebleken.
Naar mededeeling en diepgaand onderzoek, moet de opdrachtgever
iemand zijn, welke na verwant is aan "de Soester".
4. Of de samenstelling van het badwater, zooals in genoemde kran
tenartikelen werd opgegeven, gevaar kan opleveren voor de
volksgezondheid, kan van deze zijde noch bevestigd noch ont
kend worden, aangezien alleen deskundige chemici en hygiënis
ten hierover kunnen oordeelen.
5» Beantwoording dezer vraag heeft daarstraks reeds plaats gehad.
De heer Nooder zegt dat de Voorzitter op ondubbelzinnige wij
ze antwoord heeft gegeven op Sprekers vragen. Naar Sprekers mee-
ning^staat de Voorzitter in zijn volste recht om een aanklacht in
te dienen bij de Justitie. Alsdan zullen zeker figuranten naar
voren