28 Juni 19^5 149. De heer Gasille zegt dat er voor den betrokkene wel een re den is het verzoek te doen om een vaste aanstelling te mogen ontvangen. Van 't Klooster is angstig geworden, omdat onlangs een tweede meteropnemer en een leerling-fitter zijn aangesteld. Dit hinderde hem, daar hem ontslag in uitzicht was gesteld. Hij voelde zich eenigszins aan den kant gezet. De heer Nooder acht het niet de juiste manier om den be trokkene te beloonen door andere krachten in het bedrijf te halen Kan van 't Klooster niet gedeeltelijk meteropnemer en gedeelte lijk fitter zijn, vraagt Spreker. Wethouder van Klooster zegt dat de betrokkene steeds hoofd leidingen heeft gelegd en dat er thans minder werk is te ver richten. Wanneer zijn tijdelijk dienstverband telkens eens voor een week was opgezegd geworden, dan zou hij wellicht dit verzoek niet gedaan hebben. Het gasbedrijf heeft hem echter langen tijd aangehouden, omdat er veel werk was en de betrokkene een goede kracht is. Wanneer er weer werk voor hem is, zal hij zeer zeker weer in dienst genomen worden. Misschien is hij zelfs op dit oogenblik wel weer in dienst. De Voorzitter wil deze zaak nog eens naar de Gascommissie zenden om advies, opdat nagegaan kan worden of het mogelijk is op de een of andere wijze aan het verzoek tegemoet te komen. De heer Endendijk acht het ook wenschelijk dat zoo moge lijk met de prestaties van Van 't Klooster rekening wordt gehou den- De heer de Bruijn acht het niet noodig deze zaak weer naar de Gascommissie terug te verwijzen. Wanneer men kennis neemt van het rapport van het hoofd van het Gasbedrijf, dan komt men tot de conclusie, dat het verzoek van Van 't Klooster niet voor in williging vatbaar is. Voor een vaste aanstelling is het bezit van het diploma fitter vereischt, welk diploma belanghebbende niet bezit. Bovendien moet men geen vast personeel aanstellen wanneer dit niet noodig is. De Voorzitter zegt dat Van 't Klooster wellioht andere werk zaamheden opgedragen kunnen worden. De heer de Bruijn zegt dat van 11 Klooster niet als een fit ter aangemerkt kan worden. Onnoodige personeelsuitbreiding dient tegengegaan te worden. De heer van Dam wil van 't Klooster een vaste aanstelling geven, daar hij steeds een goede kracht is geweest. Hierna wordt met 12 tegen 5 stemmen besloten dit punt van de agenda af te voeren en opnieuw het advies in te winnen van de Gascommissie, rekening houdende met de gevoerde besprekingen. Tegen stemden de heeren Grootewal, van Duren en de Bruijn. WATERLEIDING (1e Afd. no.. 1657. en 4e Afd. no. 411). Crediet-aanvrage voor uitbreiding der waterleiding in de Birkstraat. °P grond van het medegedeelde in hun schrijven dd. 18 Juni 1955 no.1657 stellen B. en W. voor te besluiten: 1. de waterleiding in de Birkstraat vanaf de Bartolottilaan tot aan de grens van Amersfoort to doen aanleggen en daarvoor met uitschakeling van het bepaalde in art.9 van de met de N.V. Arnhemsche Waterleiding Maatschappij gesloten overeen komst betreffende de levering van water in deze gemeente een crediet toe te staan van 5.270,= waartegenover een ontvangst post komt te staan van 2.000,» als bijdrage van de Soester Onderlinge Brandverzekering in de te dezer zake ten laste der gemeente komende kosten. 2. een

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1935 | | pagina 298