NO* 12»
164,
De notulen dezer vergadering worden niet vastgesteld,
aangezien de vergadering als" niet-gehouden wordt beschouwd
daar de volgens art.45" der Gemeentewei ve'reischte eeden
niet op de in dat artikel voorgeschreven wijze zijn afge
legd en mitsdien de gedane handelingen onwettig zijn.
September 1955 225
NOTULEN
van het verhandelde in de openbare vergadering van
den Raad der gemeente Soest op Dinsdag 5 September
1955, des voormiddags 10 uur.
Voorzitter: Mr.G.Deketh, Burgemeester.
Secretaris: J.G.A.Batenburg.
Tegenwoordig de leden; J.J.D.van den Berg, J.E.van
kreukelen, B.A»de Bruijn, W.H.C-Doorman, A.Endendijk, R.J.
Gasille, A.P.HilhorstJ.h.Hom, M.hornsveld, H.van Bloos-
ter, A.de Nies, J.Nooder, M.C.Thijssen, J.van de Ven en
H.Zijlstra. i
De Voorzitter opent de vergadering en geeft gelegen
heid tot het doen van een gebed.
Hierna wijst de Voorzitter er op dat thans een droevig
oogenblik wordt doorgemaakt in een nabuurstaat, alwaar nu
toch een zeer dierbare en beminde koningin naar Hare laat
ste rustplaats wordt uitgedragen. Het past ons dit gebeu
ren een oogenblik in stilte te herdenken. Een ieder, die
ook maar eenigszins een dergelijk leed heeft moeten door
maken, kan zich zeer zeker den gemoedstoestand van den
Belgischen Koning indenken en begrijpen hoe groot het ver
lies is voer het Belgische volk, dat zijn Koningin op de
handen heeft gedragen. Spreker verzoekt hierna een oogen
blik stilte om de nagedachtenis van de Belgische Koningin
te herdenken.
Hieraan wordt door den Raad voldaan.
Vervolgens wordt overgegaan tot de behandeling der
agenda.
BEEEDIGING VAN DE NIEUW GEKOZEN RAADSLEDEN.
De beide af te nemen eeden worden door den Voorzitter
voorgelezen uit den tekst van artikel 4§ der Gemeentewet,
en door de leden met de aflegging van eén eed of belofte
bevestigd. Alle leden leggen den eed af met uitzondering
van de heeren Hilhorst, de Nies en Nooder, die de belofte
aflegden.
De Voorzitter, die zijn dank uitspreekt voor de eeds
aflegging, wijst er op dat de toestand buiten de grenzen,
binnen de grenzen, en ook binnen de grenzen van onze ge
meente somber is. Van alle kanten komen zware en donkere
wolken opzetten, en allerlei moeilijkheden doen zich voor,
niet alleen op politiek, doch ook op financieel en eoono-
raisch gebied. Van den Raad zal groote inspanning worden
gevorderd om uit den nood te geraken. Daarvoor is in de
eerste plaats ernst en kalmte nooöig. Zeer toevallig kwam
Spreker gisteren nog eens onder oogen een artikel in het
Utrechtsch Dagblad van 14 November 1951waarin toenmaals
aan het Nederlandsche Volk ernst en kalmte werd toege-
wenscht. In dit artikel werd gezegd dat wij steeds armer
zullen worden en ook moeten worden, terwijl de rentabili
teit op een andere basis is gekomen. Men mag echter van ge
luk spreken dat er nog voorspoed is in vergelijking tot
vroeger.