16 December 19J5 }20. litie, den bode en den ambtenaar Prinsen voor het zittinghouden in de hulpsecretarie te Soesterberg. Nadat de Voorzitter heeft opgemerkt dat thans alleen aan de orde is de rijwieltoelage voor den bode, wordt de post vast gesteld De heer Nooder brengt hierna ter sprake de bezoldiging van den gemeentebode. Spreker wijst er op dat Gedeputeerde Sta ten er op aangedrongen hebben om de wedde van den bode te verla gen. Alhoewel Spreker tegen deze verlaging is, zullen de ge volgen voor den bode toch niet uitblijven, en zal hij bij aan blijven in de toekomst een lager pensioen verkrijgen dan waar op hij thans recht zou hebben. Spreker vraagt of het niet mo gelijk is om den bode een wenk te geven tot het nemen van ont slag, of dat zijn overbodigheid kan worden aangetoond, zoodat hij op wachtgeld gesteld kan worden. De hulpbode, die inder tijd reeds de toezegging verkregen heeft bode te zullen worden, kan dan bode worden, zoodat voor beide zijden een goede oplos sing kan worden verkregen. Spreker betreurt het dat de dienst betrekking van den hulpbode tegen 1 Februari a.s. is opgezegd, aangezien de hier bedoelde jongeman, die hierheen gebracht is, de beste jaren van zijn leven ten Kaadhuize heeft doorgebracht. Spreker zou dus den bode, die 61 jaar is, op wachtgeld willen stellen, omdat zijn pensioensgrondslag nu nog in zijn voordeel is De heer Hilhorst zegt dat hem het aangezegde ontslag van den hulpbode pijnlijk heeft getroffen. Spreker heeft deze zaak besproken met den Secretaris en toen is hem gebleken dat dit ontslag het gevolg is van een reorganisatie, waarom geroepen is. De gevolgen acht Spreker funest. Spreker zou den bode op wachtgeld willen stellen, zoonoodig met toekenning eener tij delijke gratificatie. De hulpbode, die zooals men Spreker heeft medegedeeld een geschikt persoon is, kan dan bode worden; bo vendien is hij op een leeftijd gekomen, dat hij moeilijk met een nieuw beroep kan beginnen. Deze oplossing is zoowel voor de gemeente, als voor de betrokkenen, het meest voordeelig. De Voorzitter wijst er op dat het hier een interne aange legenheid is, welke ter beslissing is aan B.en W. Het op wacht geld stellen van een ambtenaar is alleen mogelijk wanneer zijn betrekking wordt opgeheven of overbodig wordt bij reorganisa tie. Het ambt van bode voor Soest is zeker niet overbodig. De tegenwoordige bode, die 61 jaar is, is nog niet invalide. Aan den hulpbode is voorloopig ontslag aangezegd tegen 1 Februari a.s. om eventueel van hem af te kunnen komen. Zoolang deze jon geman voor den dienst noodig is, zal hij echter niet op straat gezet worden. Spreker herhaalt nog eens dat het hier een zaak van B.en W. is De heer Endendijk vraagt of geen oplossing mogelijk is. Spreker verzoekt deze zaak in ernstige overweging te nemen. Wethouder Gasille zegt dat die jongeman nog in de kracht van zijn leven is en zeer goed ander werk kan krijgen. Er wordt altijd gezegd dat sollicitanten voor een betrekking moe ten worden opgeroepen. Men behoort dezen jongeman nu niet da delijk in de plaats te stellen van den bode Beuzel. Het in schuiven van personeel zonder oproeping van sollicitanten acht Spreker verkeerd. Bovendien moet men voor deze functie iemand hebben, die gezien mag worden. De Voorzitter zegt dat B.en W. een en ander zullen over-

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1935 | | pagina 642