29 Juni 1936 119.
schijnt. Plaatsing van een advertentie in een blad, dat eerst op Vrijdag
uitkwam, was eigenlijk te laat.
De heer de Nies zegt dat hem veel klachten bekend zijn omtrent de
plaatsing bij de werkverschaffing. Spreker veronderstelt dat vergissingen
hebben plaats gehad, en verzoekt in deze meer regelmaat te betrachten.
Voorts wijst Spreker er op dat het wandelpad langs de Soesterbergsche-
straat tot de van Beuningenlaan is opgeknapt en dat het gewenscht is het
pad te verbeteren ter plaatse alwaar de weg oploopt.
Wethouder Gasille zegt dat hij strenge orders ten aanzien van een
juiste plaatsing bij de werkverschaffing heeft gegeven. Spreker, die toe
licht hoe de plaatsing geschiedt en er op wijst dat slechts een bepaald
percentage geplaatst kan worden, zal gaarne van den heer de Nies de na
men van hen vernemen, die redenen tot klagen hebben, opdat een onderzoek
kan worden ingesteld.
De heer de Nies zegt dat hij den Wethouder straks namen zal verstrek
ken.
De heer van Breukelen vraagt waarom de Wethouder van Sociale Zaken
zijn spreekuur op Maandagavond heeft opgeheven, nu juist de steunverlaging
is ingevoerd.
Wethouder Gasille deelt mede dat er tijdens zijn spreekuur menschen
waren, die optraden op een manier, welke niet behoort plaats te hebben
op een spreekuur. Spreker heeft daaruit moeten afleiden, dat zijn spreek
uur, dat officieel bepaald was van 7-8 uur, doch meestal duurde tot 10^-
uur, niet geapprecieerd werd. Spreker wil de menschen graag te woord
staan, doch hij wenscht geen onhebbelijkheden aan te hooren. Bovendien
konden door de groote toeloop soms alle menschen niet ontvangen worden.
Spreker heeft nu tegen den heer Blaas gezegd dat zij, die hem wenschen
te spreken, daarvan schriftelijk onder opgave van redenen mededeeling
moeten doen. Spreker bepaalt dan wanneer het gevraagde onderhoud kan
plaats hebben.
De heer van Breukelen dringt er op aan dat de YiTethouder zijn spreek
uur weer instelt.
De heer Thijssen zegt dat hem medegedeeld is, dat de Wethouder over
zaken betreffende de steunregeling geen ongeorganiseerden wenschte te
ontvangen, welk standpunt Spreker onjuist vindt. Voorts zegt Spreker dat
hij ten geleide van het ontwerp der nieuwe bouwverordening een schrijven
van B.en W. heeft ontvangen, inhoudende het verzoek om eventueele opmer
kingen betreffende de bouwverordening bij B.en W, in te zendenbinnen 3
weken, als waarna de verordening in officieuze vergadering zal worden be
handeld. Spreker acht een tijd van 3 weken veel te kort, B.en W. dringen
wel op spoedige behandeling als uitvloeisel van de wijziging der Woning
wet in 1931 aan, doch daar deze wijziging alleen maar betrekking had op
de Wet zelve, en de vaststelling eener nieuwe bouwverordening van ver strek-
kenden aard is, acht Spreker overhaaste behandeling ongewenscht, terwijl
het hem voorts wenschelijk voorkomt het ontwerp een paar maanden ter vi
sie te leggen voor alle ingezetenen om daarvan kennis te kunnen nemen.
Alle liefhebbers kunnen alsdan nota van dit ontwerp nemen en eventueele
bezwaren of wenschen ter kennis brengen van de raadsleden, die dan deze
zaken kunnen bespreken. Mogelijk zou het ontwerp ook in de courant afge
drukt kunnen worden. Spreker vraagt vervolgens in verband met het in de
.vorige vergadering genomen besluit ten aanzien van het adres van Mevr.
Mateman-Tersteeg of B.en W. wel weten, dat de Raad volgens art.3 der be
staande Bouwverordening in zeer bijzondere gevallen, waar het geldt het
uitbreiden of vernieuwen van gebouwen, van één of meer voorschriften
dier verordening ontheffing kan verleenen. Tenslotte vestigt Spreker de
aandacht