30 September 1936 149
Hierna wordt met 8 tegen 6 stemmen besloten de interpellatie op dit oogen-
blik niet toe te staan, Vcfdr het thans houden der interpellatie stemden de hee-
ren Hom, Hilhorst, Helmus, van Breukelen, van den Berg en Nooder.
De heer Hilhorst geeft zijn misnoegen te kennen over het niet toestaan der
interpellatie
Hierna wordt punt 14 aan de orde gestelds
COMMISSI® (le afd.no.213).
Benoeming van leden der Raadscommissiën voor 1936/1937? en verdeeling van
den Raad in afdeelingen.
Bij schrijven dd, 10 September 1936, no.213 bieden B.en W, aanbevelingen
aan voor de benoeming van leden der onderscheidene vaste commissiën. Zij bren
gen daarbij nog in herinnering dat een commissie ad hoe bestaat voor het onder
zoek in woningboumangelegenheden. Voor dat onderzoek is aangewezen de Finan-
cieele Commissie, met toevoeging van het raadslid M.Hornsveld.
De heeren Nooder en van de Ven fungeeren op verzoek van den Voorzitter alë
stemopnemers
De heer Nooder vraagt of het niet mogelijk is de Commissie Werkverschaf
fing voortaan te noemen? Commissie Werkverschaffing- en Steunverleening.
De Voorzitter zegt dat zulks niet mogelijk is, daar de toepassing der
steunverleening tot"het orgaan" behoort, en als "orgaan van steunverleening"
kan slechts optreden het College van B.en W.
De heer Nooder wijst erop dat in deze gemeente geen contact-commissie be
staat, en daarom zou Spreker den naam der Raads-commissiën wül in.
uitbrgidcui,
De heer Helmus is van oordeel dat de steunverleening in deze gemeente niet
juist is geregeld, bijna in elke plaats is er een Commissie voor werkverschaf
fing en steunverleening. Deze zaken zijn onafscheidbaar, omdat de menschen,
waarover de Commissie te oordeelen heeft, soms van de werkverschaffing naar de
steunverleening overgaan. In deze gemeente is gebleken dat het orgaan niet in
staat is de zaken juist te beoordeelen, en daarom moet men niet alles aan het
orgaan overlaten. Het orgaan dient voor bijstand een commissie te hebben, welke
de zaken van tevoren uitwerkt. De oetrokkenen worden hier alleen beoordeeld
door 'het orgaan", hetgeen Sproker niet juist vindt. Eerst was er nog contact
met den Wethouder, doch dit is later komen te vervallen.
Wethouder Gasille wijst er op dat de steunverleening geheel in handen van
'het orgaan" is, zoodat het niet mogelijk is deze aangelegenheid ter beoordee
ling te geven aan een Commissie. Voor de werkverschaffingsaangelegenheden be
staat een raadscommissie. Spreker zegt tenslotte nog dat hij voor de betrokkenen
steeds toegang verleent wanneer een daartoe strekkend verzoek gedaan wordt.
De heer ïhijssen is van meening dat de heeren Nooder en Helmus zich op
verkeord terrein begeven. Thans is aan de orde de benoeming van Commissie van
bijstand ingevolge de Gemeentewet. Volgens aanschrijving van den toenmaiigen
Minister van Sociale Zaken van 15 Sept.1933 treedt het College van B.en W. als
orgaan van steunverleening op. In gemeenten, waar een groot aantal werkloozen is,
kan echter volgens ministerieel voorschrift naast het orgaan een commissie van
Advies worden ingesteld, bestaande uit eenige werkgevers en werknemers uit de
vakvereenigingen. Met toerbeurten voor 3 maanden wordt het lidmaatschap dezer
Commissie dan steeds waargenomen. De Minister heeft uitdrukkelijk vastgesteld
dat, wanneer er een groot aantal werkloozen in een gemeente is, er een contro
leur moet worden benoemd. B.en W. hebben dus bij de benoeming van den persoon,
die controlediensten verricht, het beginsel aanvaard dat er een groot aantal
werkloozen is. Er behoort dus in deze gemeente ook een advies-commissie te zijn,
doch dit staat geheel afgescheiden van de benoeming der leden van de Commissie
van bijstand voor de werkverschaffing.
De heer Nooder zegt dat 'het orgaan" de medewerking van een advies-commis
sie