12 Mei 1937 64.
hij indertijd ernstige "bezwaren had tegen opname der hier bedoelde bepalingen.
Spreker vindt het machtsmisbruik om de schulden van ^en eenen eigenaar op
den anderen eigenaar te verhalen, zoodat het hem verheugt, dat thans door
den Hoogen Baad een uitspraak is gedaan.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna het voorstel van B.en W, aan
genomen. De desbetreffende ontwerp-besluiten nos.4398 en 4416 worden vastge
steld.
61, WERKVERSCHAFFING(3e afd.no.4657 en 4e afd.no21/550
Crediet-aanvrage voor particuliere ontginning in werkverschaffing.
B.en 4. stellen bij schrijven dd. 13 April 19379 no.4653 "voor goedkeu
ring te hechten aan een plan tot uitvoering van ontginning van gronden, ge
legen buiten deze gemeente en toebehoorende aan Jhr.P.J.Bosch van Drakestein
te Lage VuurscheVolgens door de Nederlandsche Heide-Maatschappij ingezon
den begrooting, zullen de totale kosten f.3400,bedragen, gesplitst in
f.2750,voor loonen enz. en f,650,voor andere kosten. De eigenaar zal
deze andere kosten geheel voor zijn rekening nemen, terwijl hij in de loon
kosten 15 bijdraagt of f,412,50. Ten laste van de Overheid zal alsdan ko
men een bedrag van f.2337950 of rond f.2340sDe Minister van Sociale Za
ken heeft een subsidie in de kosten van loonen en regenverlet tot maximaal
f.23405toegezegd. Een besluit tot begrootingswijziging wordt in verband
hiermede tor vaststelling aangeboden.
De heer Helmus, die er ook voor is om de menschen zooveel mogelijk te
laten werken in plaats van steun te verleenen, -wijst er op, dat particulie
ren, die het goed kunnen betalen, profijt gaan trekken van de werkloosheid.
Voor slechts 15 1 van de loonkosten wordt het terrein van den betrokkene nu
ontgonnen. Het spijt Spreker dan ook dat hij in deze omstandigheid moet toe
stemmen in deze crediet-verleening.
De heer van Breukelen sluit zich bij het gezegde van den heer Helmus
aan. Jhr.Bosch van Drakestein kan naar Sprekers inzicht deze ontginning wel
als productief werk laten uitvoeren. 'Vanneer men handelt, als thans door B.
en V. voorgesteld wordt, komt men nimmer van de werkloozen af. Spreker is
tegen het voorstel van B.en V.
De heer Endendijk merkt op dat de zaak, zooals deze door de hoeren Hel
mus en van Breukelen wordt voorgesteld, immoreel zou zijn. Dit is echter niet
het geval 5 de werkelijkheid is anders, In vroeger jaren kon een perceel grond
voor een betrekkelijk gering bedrag omgewerkt worden, doch de tijden zijn
verandord. Thans is het omwerken van den grond voor de betrokken eigenaren
onbetaalbaar, waarbij nog komt, dat de bosschen tal van jaren niet productief
zijn. Hier wordt thans werk uit philantropie aangeboden, dat anders niet aan
geboden zou worden. Er wordt dan ook volgens Spreker geen misbruik gemaakt
van de omstandigheden.
De hoer Hom vraagt hoe het staat mot het pl.ni tot het in werkverschaf
fing verbetoren van wegen en bermen. Spreker meent dat hiermede spoed be
tracht moet worden.
Do Voorzitter zegt dat do desbetreffende hogrooting reeds eenigen tijd
geladen aan de autoriteiten toegezonden is. Spreker heeft al tweemaal geïn
formeerd, doch nog steeds is geen beslissing genomen. Hen moot daarbij echter
niet uit het oog verliezen, dat deze begrooting 3 Ministers moet passeeren,
n.l. Binnenlandsche Zaken, Sociale Zaken on Financiën, zoodat de beslissing
uit den aard der zaak lang op zich laat v/achton. Spreker zal spoed betrachten.
Do heer Hilhorst zegt dat het wel mogelijk is, dat de heer Helmus ge
lijk h^eft, doch het is ook voldoende bekend, dat er verschillende arbeiders
zijn, die naar werkverschaffing' hunkeren. Men dient dan ook dit werkverschaf-
fingsobjcct te aanvaarden.
De hoor Helmus blijft van oordeel, dat de betrokken grondeigenaar thans
gebruik maakt van den nood der arbeiders, hetgeen verkeerd is. Wanneer be
doelde