18 Juni 1937 84. werd steeds getolereerd, doch toen Spreker op 18 Mei j.1. de Commissiekamer weer wou "betreden, was deze op slot, evenals de raadzaal. Spreker vervoegde zich "bij den waarn.bode en vervolgens tot den Secretaris, waarhij hem bleek, dat de sleutels bij den waarnemend Burgemeester waren. Spreker heeft toen op de komst van de andere heeren gewacht, waarna de drie heeren zich tot den waarnemend Burgemeester vervoegden en bij dezen toegelaten werden. Be waarnemend Burgemeester bracht de drie heeren aan 't verstand, dat zij geen toegang meer konden verkrijgen tot de Commissiekamer, tenzij vergaderingen werden gehouden van Commissiën of van den Raad of stukken ter inzage lagen. Be drie leden wisten van de sluiting der lokaliteiten in het gemeentehuis niets en stonden daar als kwajongens. Naar Sprekers inzicht is toch de meest geëigende plaats voor raadsleden om besprekingen in het belang der gemeente te voeren in een lokaliteit in het gemeentehuis, dat van belastinggelden is gebouwd. Spreker meent dat de drie leden niet als heeren zijn behandeld. Spreker is in zijn vroegere militaire loopbaan altijd als heer Fmder heeren behandeld» hoewel hij ook veel ruzie heeft gehad. De waarnemend Burgemeester heeft echter gemeend anders te moeten handelen, hetgeen Spreker zeer grieft. Wat was toch gemakkelijker geweest dan de heeren een briefje te schrijven, dat voortaan geen lokaliteiten meer beschikbaar werden gesteld. De waarne mend Burgemeester staat formeel in zijn recht, maar of hij ook moreel in zijn recht is, is een andere kwestie en ook een vraag. De heer Thijssen wijst er op, dat omtrent het sluiten van de Commissie kamer in het gemeentehuis in verschillende bladen een gelijkluidend arti keltje heeft gestaan. In dat artikeltje» waarin een beschrijving stond om trent het voorgevallene, wordt gezegd, dat men zich ter bevoegder plaatse had gewend om inlichtingen. Maar nu is Spreker gebleken, dat het in die bla den geplaatste artikel is verstrekt vanuit het gemeentehuis. De copie is getypt ten gemeentehuize, waar dus wèl tijd voor schijnt te zijn, terwijl, wanneer van de zijde der drie raadsleden eenig typwerk werd gevraagd, vaak werd gezegd, dat daarvoor geen tijd was. Dat artikeltje is dus kant en klaar aan alle kranten gestuurd. Spreker heeft dat onderzocht en toont het ten gemeentehuize getypte artikeltje. De Voorzitter zet uiteen dat, als er iets bijzonders in de gemeente plaats heeft, de pers onmiddellijk inlichtingen komt vragen. Zulks is den heer Thijssen ook wel bekend. Ook in het onderhavige geval werden van alle kanten inlichtingen gevraagd. Spreker heeft toen gezegd, dat de gewenschte inlichtingen wel gegeven zouden worden. De pers drong steeds op inlichtingen aan, met het gevolg, dat een en ander zwart op wit werd gezet en aan de pers werd verstrekt. Zulks komt meermalen voor. Wat geheurd is, is gedaan in het belang der gemeente. Het gebruik van de Commissiekamer door de drie raadsle den was reeds lang een doorn in het oog van wijlen Burgemeester Deketh, evenals het optreden dier heeren. De toestand werd ook werkelijk onhoudbaar, en toen de heeren met insinuaties kwamen, heeft Spreker de Commissiekamer gesloten. Spreker weigert zich met vuil te laten gooien. De heeren matigden zich maar rechten aan, hestelden verschillende personen en zulks komt niet te pas. Waren de heeren. anders opgetreden, dan zou Spreker zeer zeker een briefje betreffende de sluiting van de Commissie/aan de heeren geschreven hebben. /kamer De discussies worden hierna beëindigd, waarna overgegaan wordt tot de behandeling der agenda, 80. NOTULEN. Vaststelling van de notulen der vergadering dd. 12 Mei 1937» De notulen dezer vergadering worden zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming onveranderd vastgesteld. 81. INGEKOMEN STUKKEN. De navolgende stukken zijn ingekomens a. Rekening F ^oor Wijziging van één woord goedgekeurd. De Secr., De Voorz,,

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1937 | | pagina 168