21 September 1937 150
ding hebben gegeven een groot gedeelte uit het uitbreidingsplan te lichten,
zegt Spreker, dat bij genoemd College daarvoor dezelfde motieven hebben ge
golden als die, welke destijds bij het Gemeentebestuur hebben gegolden om
een ander gedeelte van den Eng buiten het uitbreidingsplan te laten. Gede
puteerde Staten willen De Eng in den oorspronkelijken toestand behouden
zien, n.1. bestemming voor landbouw, teneinde het natuurschoon te bewaren.
Dit College wil geen dichte bebouwing en geen -wegenaanleg op De Eng, waar
door de mooie uitzichten zouden worden belemmerd. De overweging van Gede
puteerde Staten om een gedeelte van De Eng buiten het uitbreidingsplan te
laten, sluit dus aan bij de overweging van het gemeentebestuur om een an
der gedeelte van De Eng buiten het uitbreidingsplan te laten.
De heer ïïood.er wijst er op, dat de zaak dan belangrijker wordt. Bij
Gedeputeerde Staten geldt dus als argumenti behoud van natuurschoon. Door
gaande op dit argument, zou de gemeente de gronden eigenlijk moeten aankoo-
pen en in het geheel geen bebouwing aldaar moeten toestaan.
Wethouder Gasille merkt op dat deze aangelegenheid spoedig ter behan
deling komt in een vergadering der Commissie Grondbedrijf en Uitbreidingsplan,
welke Commissie in eerste instantie zal uitmaken of de grond al dan niet
bebouwd dient te worden. De heer Mooder krijgt dus in een vergadering diei?
Commissie gelegenheid om die zaak te bespreken. Deze zaak is thans niet
aan de orde. Het is de bedoeling thans alleen te besluiten, dat een plan
zal worden voorbereid.
De heer Nood er meent dat volgens de zoo juist gehouden besprekingen
in de Commissie-vergadering er wel aanwijzingen zijn, dat de grond bebouwd
kan worden.
De heer Hilhorst zegt dat de voorgestelde maatregel wellicht juist
moge zijn, doch dat het tijdstip, waarop tot invoering daarvan wordt over
gegaan, niet juist is. Destijds wist het gemeentebestuur toch, dat de grond
bebouwd kon worden en 'dat zal nu, evenals zulks het geval is met vele ande
re grond.en, in de toekomst een vraag, dan wel geheel onmogelijk zijn. In
dien gronden uit een oogpunt van natuurschoon niet bebouwd behooren te wor
den, dan had of zou de gemeente deze moeten aankoopen, inplaats van daarop
eon servituut te vestigen, zooals thans ook aan de Molenstraat voorgesteld
wordt. Men wil nu profitoeren van don mooion tuin van een ander, die dien
tuin moet aanleggen, en zulks behoort niet toelaatbaar te zijn. Waar bij
aanneming van het voorstel van B.en W, de financieele consequenties voor de
gemeente groot zullen zijn, kan Spreker zich riet met dat voorstol voreeni-
gon.
De Voorzitter is van oordeel, dat hot voorstol van B.en W,dat bij
den aanvang der vergadering aan de loden is uitgereikt, thans voldoende is
toegelicht, zoodat z.i, tot stemming kan worden overgegaan.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt hierna zonder hoofde
lijke stemming aangenomen en het desbetreffend ontwerp-hesluit no.4859
vastgesteld
De heer Hilhorst verzoekt aanteekening, dat hij geacht wil worden te
hebben tegengestemd.
COMPTABILITEIT.
Wethouder Gasille deelt vervolgens mede, dat dezer dagen een conver
sie zal plaats hebben-van leeningen der gemeente Rotterdam van verschillen
de jaren. De gemeente Soest bezit 2 obligaties ad f.1000,van Rotterdam,
rentende 4^s welke aflosbaar zijn. Spreker stelt in verband daarmede voor
om voor een bedrag van f.2000,in te schrijven op de nieuwe leening der
gemeente Rotterdam, rentende 5g-%.
Zonder hoofdelijke stemming wordt aldus besloten.
wethouder Gasille deelt voorts mede, dat dezer dagen eveneens een con
versie zal geschieden van leeningen der gemeente Amsterdam, thans rentende