6 October 1937 156. den. Een dergelijke handeling is geheel in strijd met het zelfstandig raads lidmaatschap en hier is sprake van een "bedenkelijk verschijnsel. Spreker vindt het voorts eigenaardigs dat belanghebbenden den wensch uitspreken, dat het besluit van 21 Sept.j.l. wordt ingetrokken, en wat is er nu eigen lijk terecht gekomen van de actie der 5 heeren? De 5 raadsleden doen geen enkel positief voorstel. Spreker zegt voorts niet te willen ontkennen, dat het College van B.en destijds een fout heeft gemaakt door niet dadelijk met een partieel plan te komen. Het is echter een vergeeflijke fout, welke een ieder kan overkomen, en ook de raadsleden en de leden der betrokken com missie hebben hieraan niet gedacht. De 5 heeren gaan nu actie voeren, welke betrekking heeft op een fout, welke zij ook niet hebben opgemerkt. Spreker zegt tenslotte nog, dat hij ook voor de belanghebbenden heeft gepleit, doch bij B.en W.om te trachten eventueele schade tot een minimum te beperken. Zulks zal zeker succes hebben gehad. Spreker heeft hoop, dat een oplossing tot stand gebracht zal worden, welke voor beide partijen bevredigend zal zijn. De betrokkenen hebben zelf verklaard, dat zij de bebouwing aan de Molenstraat niet willen bederven. Spreker wil het besluit van 21 Sept.j.l. niet intrek ken. Het v/as plicht van B.en W. dat zij met het desbetreffend voorstel bij den Raad zijn gekomen. De heer Hühorst merkt op dat zoo straks door een der leden is gezegd, dat hij niet duidelijk zou zijn geweest in zijn betoog in de vorige vergade ring, ^och Spreker moet in dit verband verwijzen naar de notulen dier verga dering. Spreker brengt voorts nog eens in herinnering, dat hij zich er des tijds tegen heeft verzet, dat een gedeelte van De Eng uit het uitbreidings plan werd gelicht. De heer van Klooster werd door het uitnemen van De Eng uit het plan getroffen, doch toen werd door een der leden beweerd, dat men niet voor de belangen moest pleiten van den heer van Klooster, doch voor hot gemeentebelang. Den heer van Klooster werd zelfs gezegd, dat hij blij mocht zijn, dat hij nog grond bezat, want als hij zijn geld destijds had belegd in Russische effecten, zou hij niets meer gehad hebben. Ook de heer Helmus heeft hieraan nog wat toegevoegd. Hot ging toen niet om de zaak, maar tegon den persoon van den heer van Klooster. Toen het voorstel van B.en W. in de vorige vergadering aan de orde kwam, heeft Spreker duidelijk zijn standpunt uiteen gezet, en Spreker behoeft daar niets aan toe te voegen. De 5 raads leden weten niet eens wat aan de orde is, daar zij niet met de situatie op de hoogte zijn. Toen het den heer van Klooster betrof, moest dezo do strop maar aanvaarden en vond men dat een zegen. Het gaat hier alleen om de per sonen. De 5 raadsleden begrijpen de zaak niet, en Spreker brengt hierbij in toepassing "als je als ezel geboren bent, zul je niet als paard sterven". De Voorzitter zegt de woorden van den heer Hilhorst voor zich in meer parlementairen vorm te hebben aangehoord. De heer Stroband zegt dat beweerd is, dat den notaris inlichtingen zijn verstrekt vdór den verkoop omtrent mogelijken bouw. De ambtenaren konden op dat oogenblik geen andere verklaringen afleggen, dan dat zij gedaan hebben. Op dat oogenblik kon op den grond gebouwd worden volgens de voorschriften der oude bouwverordening, omdat het uitbreidingsplan op dien grond niet toe passelijk was. Dat die ambtenaren geen beschouwingen hebben gehouden omtrent mogelijke toekomstige veranderingen, was dus zeer terecht. De ambtenaren heb ben zich op r'at moment op het juiste standpunt gesteld, zoodat op hon geen blaam rust. De heer Zijlstra zegt dat zijn inzicht na het in de raadsvergadering van 21 September j.1. genomen besluit is gewijzigd, B.en zijn te laat met hun desbetreffend voorstel gekomen. Door het genomen raadsbesluit gaat men te ver, aangezien de kooper van den grond daarvan 3e dupe wordt. Spreker wil de betrokkenen ter wille zijn, indien zij wenschen mede te werken aan. oen

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1937 | | pagina 312