1
104
- 7 -
1 Od
wanneer zij verklaart te hebben geconstateerd, dat er een voort
durende worsteling gaande is, een spanning bestaat tusschen de
nivelleerenae en negatieve krachten van het stadsleven, en de
sociale neigingen, die in de menschelyke natuur besloten liggenj
tusschen het chaotische, het mechanische, het materialistische
en de vervlakking, waarvan de moderne stad de uitdrukking is,
en de behoefte aan samenwerking en gemeenschap, aan een ver
trouwd milieu en het aanvaarden van verantwoordelijkheid.
Gij, mijne Heeren Wethouderskent deze gemeente en haar in
woners, Gij zijt bij uitstek op de hoogte van plaatselijke toestan
den en verhoudingen. Geregeld zal ik dan ook een beroep op Uw
kennis hieromtrent moeten doen. Ik vertrouw, dat Gij mij naar
vermogen zult bijstaan. V/ij zullen in geregelde samenwerking het
dagelyksch bestuur moeten uitoefenen. Is het niet een zinvolle
arbeid om aldus in collegiaal verband, waarbij voortdurend lee
ring getrokken kan worden uit kermis, inzicht en ervaring der
medewerkers, samen te werken aan de bevordering van het heil
dezer mooie gemeente?
Daarbij doe ik een beroep op de hulp van de ambtenaren, die
onder leiding van den Secretaris hun werk ten algemeenen nutte
verrichten. Het U, Mijneneer de Secretaris, zal ik in dagelyk-
schen arbeid het meest verkeeren. Weinigen zijn als U op de hoog
te van personen en toestanden. Ik vertrouw dat U my rijkelijk
zult willen doen deelen in Uw schat van kermis en ervaring.
Ook op alle andere in gemeentedienst werkzamen roken ik
ten volle.
De gemeente Soest heeft het voorrecht een eigen gemeente
lijk politiecorps te bezitten. Was dit voorheen iets vanzelf
sprekends, de onderscheidene reorganisaties van co politie der
laatste jaren hebben hierin verandering gebracht. Thans behooren
wij tot het betrekkelijk gering aantal gemeenten dat een gemeen
telijk politiecorps bezit, dat de politietaak, een overwegend
gemeentelijke taak, door eigen politie kan laten vervullen. Ik
reken er op dat het corps oneer de bekwame leiding van den Hoofd
Inspecteur zal toonen waartoe ijver, bekwaamheid en tact een ge
meentelijk politiecorps in staat stellen.
Den Burgemeester heeft, meen ik, altijd een beetje een zwak
voor een goed werkende Vrijwillige Brandweervereeniging. Indien
U het mij niet reeds vermeld had, Mijnheer de loco-burgemeester,
dan had ik tooh wel geweten, dat Soest en Soesterberg ieder een
zoodanige vereeniging bezitten. Ik vertrouw, dat de samenwer
king met de twee vereeniöingen tot ons beider genoegen en tot
nut van de gemeente zal strekken.
Dames en heeren, de practijk van de ontwikkeling van het
Nederlandsch bestuursrecht gedurende de laatste jaren heeft by
velen, die het goed meenen met de gemeente, ongerustheid gewekt.
Het was niet toevallig dat de rede, uitgesproken door Prof.G.n.
van Poelje op het dit jaar te Utrecht gehouden congres van de
Iereeni0ing van hederlandsche Gemeenten tot titel droeg; Ge-
meent en- schexiie ring?
Sterke stroomingen, invloeden en tendenzen naar een meer
gecentraliseerd bestuursstelsel doen zich gelden. Het schijnt
soms of wy in de eeuw der technocratie leven, waarin kostbare
waarden worden achter gesteld by de eischen van het zooveel
doenlijk technisch volmaakte. Ben van deze waarden is de zelf
standigheid der gemeenten, berustend op het actief betrokken
zyn van de burgerij bij het bestuur van de gemeente. Hiermede wil
ik niet verklaren öeen open oog te hebben voor het belang van
_eei\_