26. over enkele jaren de Engh te bebouwen. De heer KRUIJFF zegt, dat hetgeen de heer Van Zadelhoff zegt ten zeerste voor hoogbouw pleit. Indien bij de behandeling van het uitbreidingsplan ware medege deeld, dat reeds zo spoedig tot bebouwing van de Engh zou worden overgegaan, zou er heel wat meer over gezegd zijn, al zou de Raad het uiteindelijk wel hebben aanvaard. De wethouder VAN ZADELHOFF merkt op, dat overal in de kernen der gemeenten hoogbouw wordt toegepast en aan de grenzen laagbouw. Waar men de hoogte ingaat, is city vorming mogelijk. De heer KRUIJFF is van oordeel, dat het wenselijk is om in Soest Zuid twee maal zoveel mensen een woning te verschaffen door hoogbouw. De wetljouder VAN ZADELHOFF zegt, dat er voldoende kan worden gebouwd zonder in Soest Zuid de hoogte in te gaan. De VOORZITTER zegt, dat de heer Van Embden het uitbreidingsplan als volgt heeft geconstrueerd. Aan de belangrijker, wat breder wegen komt een bebouwing van meer monumentale opzet. Daarop komen uit de wegen van iets minder karakter en ten slotte zijn er de tertiaire wegen. In het uitbeidingsplannetje aan de Van Lenneplaan is een net van tertiaire wegen. Men moet op een weg ook aan de bebouwing kunnen zien, dat het een hoofdweg is, v/elke kant men uit moet naar het centrum en welke kant naar de buitenzijde der gemeente. Het plannetje aan de Van lenneplaan ligt aan de periferie, waar geen hogere c en aKftlE dominerende bebouwing past. De heer KRUIJFF merkt op, dat daar dus open bebouwing moet komen en geen blokkenbouw.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1948 | | pagina 248