Nr 7. - 15 juli 1959 - 85. NOTULEN van het verhandelde in de openbare vergadering van de raad der gemeente Soest op woensdag 15 juli 1959, te 19.15 uur. VOORZITTER; de burgemeester, de heer Mr. S.P. Baron Bentinck. SECRETARIS; de heer J.J.J.M. Eesten. Tegenwoordig de leden; J. van den ArendJ.W.D. Berkelbach van der Sprenkel, J.E. Brouwer, J.K. de Bruin, Drs. L.J. Dijkstra, B.H.A. Elbertse, mevrouw E.0. van G-oor-Oleton, P. Grift, D. de Haan, K. de Haan, A.P. Hilhorst, J.H. Hom, J.G. Kalden, Br, D.J.P. Oranje, P.C. Pieren, mevrouw S.M. Polet- Musler, P.R. van Roomen, P.H. Versteijne en Drs. W.G. van Zadelhoff Afwezig het lid; H.C. KLarenbeek. Eén vacature, door het overlijden van de heer C. van Andel. De VOORZITTER opent de vergadering en doet voorlezing van de gebedsformule. Hij deelt mede, dat bericht van ver hindering is ontvangen van de heer Klarenbeek en verzoekt de aanwezigen met hem op te staan. Daarna spreekt hij als volgt. Dames en Heren, sinds onze vorige vergadering is er een lege plaats in ons midden gekomen door het plotselinge overlijden van de heer van Andel. Wij wisten dat hij uit ons midden zou weggaan, maar wij hadden ons niet kunnen voorstellen, dat het zo plot seling en op deze wijze zou gaan. Dat heeft ons allen diep getroffen en geschokt. De heer van Andel, die gedurende geruime tijd lid van de raad is geweest, heeft het raadslidmaatschap heel ernstig en serieus opgevat. Hij nam het zwaar, misschien wel eens zwaar der dan goed was voor zijn gezondheid. Hij bestudeerde de stukken en wanneer hij sprak, was zijn oordeel wel overwogen. Hij was een man van principe, van beginselen, maar hij was niet star. Hij stond open voor de mening van anderen. Hij kende de nuances en respecteerde de eerlijke opinie van een ander. Mijn indruk is altijd geweest dat hij uw sympathie had en wij denken aan hem terug als aan een eerlijk, nuchter raadslid, die met grote toewijding zijn taak als raadslid vervulde» Moge God mevrouw van Andel en de kinderen sterken in het grote verlies en mogen zij ook kracht putten uit de wetenschap, dat de overledene in ons midden sympathie had. Hierna nemen de aanwezigen hun zetels weer in. De voorzitter stelt dan allereerst aan de orde punt 3 van de agenda; 137. Onderzoek van de geloofsbrief van het nieuw benoemde lid van de raad, mevrouw M.H.W. Muurling-Voorthuis De voorzitter verzoekt de heren van den Arend, de Bruin en Hom de commissie tot onderzoek van de geloofsbrief te vormen en schorst de vergadering. Na hervatting van de vergadering deelt de heer HOM mede, dat de commissie de geloofsbrief heeft nagezien en in orde heeft bevonden. Op voorstel van de voorzitter besluit de raad, zonder hoofdelijke stemming, tot toelating van mevrouw M.H.W. Muurling- Voorthuis als lid van de raad. Vervolgens komt aan de orde het eerste punt van de agenda; 138. Vaststelling van de notulen van de raadsvergadering d.d. 27 mei 1959. De heer DE BRUIN vraagt of hij naar aanleiding van de notulen een opmerking mag maken. - De -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1959 | | pagina 170