- 3 -
129.
geen misbruik mogen maken door anderen dit gebruik onmogelijk te
maken, 'Tannser een dergelijk misbruik zou worden gemaakt, rijst de
vraag, of het wel juist is ten behoeve van enkele inwoners deze
pontverbinding tot stand te brengen en te onderhouden. Spreker dacht
dat men door deze pont een stok achter de deur zou kunnen hebben om
moeilijkheden in de toekomst te voorkomen. De betrokkenen dienen te
weten: de gemeenschap verleent deze mogelijkheid,maar dan voor de
gemeenschap en niet alleen voor de enkelingen die ter plaatse grond
hebben.
De VOORZITTER wijst er op, dat een jaagpad om als zodanig te
kunnen worden gebruikt, openbaar moet zijn. Is usn jaagpad niet open
baar dan kan de eigenaar iemand daar te allen tijde van verwijderen.
Spreker vermoedt - dit is echter slechts een vermoeden - dat bij de
inwerkingtreding van de Wegenwet door de gemeente Hoogland is ver
zuimd het jaagpad op de wegenlegger te plaatsen. Sinds de werking van
de Wegenwet zijn alleen die.ogen buiten de bebouwde kom openbaar, die
op de wegenlegger zijn geplaatst. Wanneer het jaagpad toch nog als
zodanig dienst doet, dient er een verzoek tot de gemeente Hoogland
en eventueel tot gedeputeerde staten te worden gericht om het jaagpad
te belasten met openbaarheid.
De heer HILHORST wijst er op dat hetzelfde dan geldt voor de
gemeente Soest. Een gedeelte van het jaagpad is namelijk in Soest
gelegen. Hij kan zich echter niet voorstellen, dat het jaagpad niet
meer aan zijn doel zou kunnen beantwoorden tengevolge van het feit,
dat het niet op de legger is geplaatst. Wanneer er een sleep door
de Eem moet, kan niemand beletten dat van het jaagpad gebruik wordt
gemaakt. Het is dan eenvoudigweg noodzakelijk van het jaagpad gebruik
te maken.
Het betreft hier bovendien particuliere gronden, zodat spreker
betwijfelt of de gemeent dit pad wel op de wegenlegger kan plaatsen.
De VOORZITTER wijst er op, dat de eigendom van de grond niets
te maken heeft met de openbaarheid. Particuliere wegen kunnen even
goed openbaar zijn als vegen van rijk, provincie en gemeente. Voor
zover preker bekend, is het jaagpad in Soest niet openbaar.
De heer HILHORST wijst er op, dat het jaagpad altijd als zodanig
is gebruikt. Men heeft daar nooit iemand van kunnen verwijderen die het
gebruikte voor een sleep. Dit servituut ligt nu eenmaal op het pad.
Spreker kan zich niet herinneren, dat dit servituut ooit is opgeheven.
De VOORZITTER zegt dat van een servituut geen sprake kan zijn.
Dat is geheel iets andere- Hij vermoedt - ook dit is echter slechts
een vermoeden - dat men van ouder op ouder gedoogd heeft dat het
jaagpad als zodanig werd. gebruikt.
De heer HILHORST zegt dat dit zeker niet het geval is. De klap
hekken tussen de verschillende percelen zij niet zo maar door de
eigenaars aangebracht; die waren voorgeschreven.
De VOORZITTER meent dat het jaagpad te Soest niet op de wegen
legger staat. Verder kan hij de heer Hilhorst hieromtrent niet in
lichten.
De heer DE BRUIN merkt op in de financiële commissie ongeveer
dezelfde vraag te hebben gesteld als thans de heer Hilhorst. Hij heeft
namelijk gevraagd of er aan de overkant van de Eem een openbare weg
was. Wanneer die er niet zou zijn, vindt hij deze uitgave allèen ten
bohoeve van enkele inwoners wel enigszins groot, tenzij het hier een
oud recht van overtocht betreft. Hem is in de commissie echter gezegd,
dat er aan de overzijde van de Eem wel een openbare weg is.
De heer VIN ROOMEN zegt dat indertijd bij d ruilverkaveling is
vergeten het jaagpad op de wegenlegger te plaatsen. Enkele jaren ge
leden hebben verschillende mensen zich tot burgemeester en wethouders
van Hoogland gewend en de aandacht er op gevestigd, dat de situatie
bij het jaagpad niet langer gehandhaafd kan worden. Nu heeft Hoogland
- gezorgd -