- 21 september 1960. 122.
Mijnheer Hilhorst Na enige jaren bent u tot wethouder gekozen en
wel op 5 september 1939. U heeft deze functie bekleed tot na de oorlog.
Als zodanig heeft u dus bepaald niet de gemakkelijkste jaren meegemaakt.
In een tijd waarin wij allen in de grootste zorgen waren, waarin getracht
moest worden het gemeentelijke en het maatschappelijke leven zo goed en
zo kwaad als dat ging voortgang te doen vinden, heeft u een verantwoordelijke
positie bekleed.
Na de oorlog is de tijd van de wederopbouw gekomen; daarnaast ook
een heroriëntering en het zich richten op een nieuwe toekomst; een ont
wikkeling die van de gemeentebesturen en de raadsleden een grote elastici
teit heeft geëist. Men moest zich wenden naar de nieuwe ontwikkelingen
en daarvoor ook open staan.
Mijnheer Hilhorst, u bent - men wil dat wel eens zo zeggen - in de
raad gekomen als vertegenwoordiger van de boerenstand. Dit is eigenlijk
onjuist. U bent geboren en getogen Soester, een boer in hart en nieren.
U heeft een groot gedeelte van uw leven gegeven tot verheffing en ontwik
keling en organisatie van de boerenstand. Maar daarnaast heeft u zich
beschikbaar gesteld voor het raadslidmaatschap. U bent wel uit de boeren
voortgekomen en u kent dus de problemen van de boeren het best, maar
als raadslid vertegenwoordigt u de gehele gemeente en moet u de belangen
van de gehele gemeente behartigen. Het is gelukkig dat een raad bestaat
uit personen, die uit verschillende kringen voortkomen. Iemand die uit de
industriële kringen voortkomt, is het beste op de hoogte van de moeilijk
heden van de industrie, van de wensen van de industrie, maar daarmede
is hij nog geen vertegenwoordiger van die industrie. Mijnheer Hilhorst,
u bent voortgekomen uit de oude Soester boerenstand. U bent het beste op
de hoogte van hetgeen er onder de boerenstand leeft, van hetgeen deze
nastreeft en u weet ook waar de zorgen en moeilijkheden van deze stand
liggen, U bent dus in uw raadslidmaatschap - dit is ten slotte een probleem
dat alle raadsleden wel hebben - te maken met een tweeledigheid. In de
eerste plaats het behartigen van de belangen der gemeente en daarnaast
door uw werk voor de boerenorganisaties het behartigen van de belangen
der boeren. Ik kan mij voorstellen, dat dit u wel eens problemen heeft
gegeven. Dit zijn echter problemen waarmede een ieder raadslid dat uit
een specifiek milieu komt, te maken heeft.
Mijnheer Hilhorst'. Ondanks u vele werkzaamheden op allerlei ter
rein - en dan vooral voor de boeren - heeft u zich toch 25 jaar lang gegeven
aan het behartigen van de belangen van de gemeente Soest, van de Soester
samenleving. U heeft uw helder verstand, uw slagvaardigheid gebruikt in
de vergaderingen van de raad. Wanneer u begon te spreken was het altijd
een verrassting te zien waar u naartoe stevende. U bent dikwijls een rede
begonnen, waarbij ik mij afvroeg; Hoe gaat het eindigen en waar komt
het op uit? Dit is natuurlijk wel een geraffineerde manier van spreken,
want daarmede houdt men de spanning er altijd in en plaatst men zijn
gehoor ook wel voor verrassingen. Op deze wijze heeft u onze vergade
ringen een levendigheid bezorgd, die wij altijd op prijs hebben gesteld
- die misschien ook de leiding van de vergadering een heel enkele keer
genoopt heeft in te grijpen; u heeft echter altijd de humor zodanig weten
te hanteren, dat wij er toch ook wel weer plezier in hadden. Daarbij,
mijnheer Hilhorst, heb ik de oprechte overtuiging, dat u steeds heeft
geprobeerd in deze vergadering de goede toon te bewaren en te bevorderen.
Wanneer u werkelijk boos was, dan was dat dikwijls omdat u meende
dat een van de raadsleden zich niet correct gedroeg of iets op een minder
correcte wijze naar voren bracht. Daar kon u dan wel eens heel erg boos
over worden. Daar moesten wij u dan ook wel gelijk in geven.
Mijnheer Hilhorst'. In het begin van deze maand heeft er een bijeen
komst plaatsgevonden, waarop u vele goede woorden over u heeft horen
gaan, in hoofdzaak uit de kringen van de boerenstand. Degenen die daarbij
- hebben -