- 12 juli 1961 -
152.
looft daarom dat het het beste is zoveel mogelijk buiten de hond om meteen
de eigenaar aan te grijpen.
De heer GRIFT zegt dat in Baarn een agent is belast met het op
pakken van loslopende honden. Deze worden dan naar de gemeentewerf ge
bracht. Wanneer de eigenaar niet binnen vijf dagen de hond heeft afgehaald
en de boete heeft betaald, wordt de hond afgemaakt. Dan is men de hond
kwijt. Wanneer te Soest echter een hond losloopt en men weet niet wie de
eigenaar is, blijft het beest eeuwig rondlopen. Het nut van de onderhavige
verordening ziet spreker niet in. Wanneer men deze zaak efficiënt wil aan
pakken, zal men een agent moeten belasten met het oppakken van de loslo
pende honden.
De VOORZITTER wil gaarne informeren hoe deze regeling in Baarn
werkt. Vooral het afmaken van de hond lijkt hem vrij riskant, omdat de
hond ten slotte van een eigenaar is.
De heer GRIFT vraagt of dit voorstel niet kan worden aangehouden
totdat in Baarn de informaties zijn ingewonnen.
De VOORZITTER heeft daar geen enkel bezwaar tegen.
Hierop wordt het voorstel aangehouden.
168. Voorstel om het risico van de ongedekte stichtingskosten van het op het noor
delijk gedeelte van het industrieterrein te bouwen transformator station voor
rekening van de gemeente te nemen.
De heer DIJKSTRA vraagt of het een gebruikelijke figuur is dat de
gemeente bij het stichten van een nieuw transformator station een gedeelte
van de ongedekte kosten voorlopig voor haar rekening neemt.
De wethouder VAN ZADELHOFF kan niet zeggen of dit een gebrui
kelijke gang van zaken is. Hij vermoedt van wel. Ook bij het enige jaren ge
leden bij de Beckeringhstraat gebouwde transformator station is deze gang van
zaken gevolgd. En spreker heeft toen niet de indruk gekregen dat dit voor
de F.U.E.M. een novum was. Overigens heeft het zich garant stellen de
gemeente nooit een cent gekost, daar voldoende bedrijven zich op het trans
formatorstation hebben aangesloten. Spreker ziet ook in het onderhavige voor
stel geen enkel risico voor de gemeente.
Men heeft hier dezelfde gang van zaken als bij de waterleiding.
Daarbij moet 75% van de aanlegkosten door de wateropbrengst worden gedekt.
Ook de F.U.E.M. laat de belanghebbenden niet alle kosten betalen. Een
deel daarvan neemt zij voor eigen rekening; de rest moeten de belanghebben
den opbrengen door middel van een bepaalde vergoeding per kWh. Is het
gebruik in het begin onvoldoende, dan zit hier dus een ongedekt tekort in.
Dat behoeft de gemeente echter niet direct aan te vullen, want dit loopt over
een bepaalde periode. De praktijk is dat zich ondertussen meer industrieën
aansluiten, waardoor deze zaak de gemeente niets kost.
Stelt de gemeente zich niet garant, dan krijgt men een vrij moeilijke
figuur. De industrieën, die stroom hebben afgenomen, moeten het dan beta
len. Het is dan verschrikkelijk moeilijk later dat geld van de nieuwe indus
trieën die in het begin een bepaald vermogen hebben afgenomen. Wanneer de
gemeente zich garant stelt loopt het vlotter.
De heer DIJKSTRA is het met de wethouder volkomen eens dat hier
vrijwel geen risico voor de gemeente in zit. Hij zal ook bepaald niet tegen
dit voorstel stemmen. Meer in algemene zin wil hij echter opmerken, dat
het hem verbaast dat een openbaar nutsbedrijf als de P.U.E.M., dat bepaald
niet alleen op commerciële gronden zijn bedrijf uitoefent, toch dermate ge
haaid is dat het elk risico bij voorkeur op anderen wil afschuiven.
De heer HILHORST gelooft dat het precies omgekeerd is als de heer
Dijkstra zegt. Het zou hem verbazen, wanneer een openbaar lichaam als de
gemeente maar risico's ging nemen zonder de wetenschap te hebben gedekt
te zijn. Hier speelt dit echter helemaal geen rol. Door de mogelijkheid van
elektriciteitslevering te scheppen, kan de gemeente een hogere prijs voor
haar grond bedingen. Daar staat dan een zeker risico tegenover, dat de ge
meente tot nog toe echter gelukkig nooit geld heeft gekost. Hij gelooft dat
deze gang van zaken zeer gezond is en hij zou zeker niet de weg op willen
- van -