1 6 mei 1 962 ligheid van het lokale verkeer, niet om de veiligheid van het spoor wegverkeer, want het weggetje loopt parallel met de spoorweg De heer DE BRUIN heeft uit het betoog van de voorzitter begrepen, dat de spoorwegen niet hebben verzocht de onderhavige weg aan het openbaar verkeer te onttrekken, In de eerste alinea van de toelichting op het voorstel staat echter wel dat de spoorwe gen dit hebben verzocht. De VOOR ZITTER, merkt op ook te hebben gezegd, dat de spoorwegen zijn begonnen het college te verzoeken dit weggetje aan het. openbaar verkeer te onttrekken. Men verkeerde toen na melijk in de veronderstelling, dat de bomen slechts konden worden aangebracht, indien het weggetje werd afgesloten. Bij nader over leg is een oplossing gevonden, waardoor de bomen kunnen worden aangebracht bij een kleine verschuiving van het weggetje Daar door kan het weggetje blijven bestaan De direct belanghebbenden behouden daardoor een uitweg. In het eerste plan van de spoorwe gen hadden de direct belanghebbenden door het vervallen van het weggetje geen uitweg meer. De spoorwegen hebben, dus het onttrekken aan de openbaar heid wel gevraagd Hun verzoekschrift is echter tijdens de bespre kingen eigenlijk veranderd van inhoud. De heer HILHORST merkt op dat er indertijd een raads lid is geweest, dat zijn betoog begon met het doen van voorstellen; hij redeneerde echter net zo lang totdat hij die voorstellen zelf weer verwierp. De raad kon een en ander dan voor kennisgeving aannemen. Spreker dacht dat de voorzitter hedenavond iets derge lijks ging doen. Toen de voorzitter bezig was de onbelangrijkheid van het verkeer over het onderhavige weggetje te schetsen, ver wachtte spreker dat daarop zou volgen; Waar maken wij ons toch eigenlijk druk over; laten we de situatie laten zoals die is Het laatste heeft de voorzitter helaas nagelaten.. Hij heeft echter wel doen blijken, dat het afsluiten van deze weg geen enkele zin heeft. Uit het betoog van de voorzitter blijkt duidelijk, dat misschien iemand met een fiets, maar echt niet iemand met een wagen van deze weg gebruik zal maken. Juist ten behoeve van de voetgangers echter mag men blij zijn, dat deze uitwijkmogelijkheid er is De voorzitter zeide wel dat de voetgangers onder het tunneltje door zouden kunnen gaan, maar de situatie is in werkelijkheid precies omgekeerd. De mensen van de andere kant van de spoorlijn ko men juist onder het tunneltje door om via de onderhavige weg naar het station te gaan, Er is geen enkele reden om te doen het geen burgemeester en wethouders voorstellen. Het enige dat daar mede zou worden bereikt, is het verkrijgen van moeilijkheden Spreker kan dan ook met het voorstel niet akkoord gaan De wethouder VAN ZADELHOFF zegt in het geheel geen moeilijkheden te zien. De voorzitter heeft gezegd dat er een bordje "verboden toegang" komt. Spreker gelooft dat dit er niet eens komt te staan. Hij vermoedt dat er slechts komt te staan een bordje "eigen weg" Dan gaat geen agent iemand bekeuren, die zich op deze weg bevindt. Wanneer bij spreker iemand het erf op loopt, komt er ook niet een agent achteraan die zegt: Je loopt op de grond van mijnheer van Zadelhoff In het onderhavige geval ligt het precies hetzelfde. Burgemeester en wethouders hadden ook de raad kunnen omzeilen door te zeggen: Wij sluiten deze weg voor alle verkeer Daar had de raad niets aan kunnen doen. Dan hadden de belanghebbenden ook het recht van beroep gehad. Wanneer bur gemeester en wethouders dan gelijk hadden gekregen, had de poli tie kunnen optreden, Spreker gelooft dat bij hetgeen het college - 134 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1962 | | pagina 136