18 juli 1962
de eerste plaats nodig ten einde een verantwoorde exploitatie-
opzet te kunnen maken. In de tweede plaats is het nodig om de
volgende reden. De gemeente heeft indertijd een krediet aan het
waterschap Soesterveen beschikbaar gesteld voor het maken van
een plan. Dat plan had voor de gemeente zekere aantrekkelijk
heden. Er is opnieuw een krediet door de raad bes chikbaar ge
steld om het ingenieursbureau van de gemeente gelegenheid te
geven na te gaan, of vanuit het onderhavige gebied water kan
worden geloosd op het waterschap Soesterveen. Ook daarvoor
is dit onderzoek van uitermate groot belang.
Dit onderzoek betreft het gehele gebied.
Wat de uitkomsten van dit onderzoek zullen zijn, kan
spreker op het ogenbliknog in het geheel niet zeggen. Of wijzi
ging van het plan nodig zal zijn, kan hij evenmin mededelen.
Er is op het ogenblik een uitbreidingsplan dat nog
door de raad moet worden vastgesteld. Daarnaast zal men voor
het verkrijgen van de juiste cijfers een principe-rioleringsplan
moeten laten ontwerpen, hetgeen de bedoeling van het onderha
vige krediet is Het is mogelijk dat naar aanleiding daarvan hier
en daar in het uitbreidingsplan wijzigingen moeten worden aan
gebracht
Het onderhavige plan behelst daarnaast een bodem
onderzoek, ten einde uit te maken of er zonder meer kan worden
gebouwd dan wel moet worden opgehoogd of gedraineerd.
Over deze zaken dient men natuurlijk de gegevens te
hebben, voordat men een verantwoorde exploitatie-opzet kan ma
ken
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan
genomen
159-Voorstel tot verlenging van de ontruimingstermijn van de onbe
woonbaar verklaarde woning Soesterbergsestraat 133a te Soest.
De heer DIJKSTRA zegt toevallig vandaag te hebben
vernomen, dat de eigenaar van deze krotwoning een vordering
tot ontruiming bij de kantonrechter heeft ingesteld, die hem is
toegewezen. Het heeft dus nauwelijks zin om de ontruimingster-
mijn wederom te verlengen. De eigenaar heeft spreker overi
gens gezegd, geenszins van plan te zijn van dit vonnis gebruik te
maken, indien de bewoners niet een, twee, drie andere huisves
ting kan worden verschaft, Deze materie leent zich niet voor be
handeling in de raad, maar spreker wilde het college toch van
deze ontwikkeling op de hoogte stellen.
De heer HILHOR.ST herinnert er aan dat door hem en
door mevrouw Muurling een half jaar geleden nogal wat bezwa
ren zijn geopperd tegen het toenmalige voorstel. Hij meent dat
de voorzitter daarop heeft gezegd, dat die verlenging de laatste
voor dit perceel zou zijn. De voorzitter had begrip voor het feit
dat dit gezin, gezien de omstandigheden - de man is zwaar ziek -
beslist niet meer een winter in deze woning kan ingaan. Inmid
dels heeft inderdaad bovendien een proces plaatsgevonden, waar
van de uitspraak luidt dat het pand 21 augustus ontruimd moet
zijn. Zou de eigenaar van dit vonnis gebruik maken, dan is de
bewoning van dit huis over een maand afgelopen. Gezien de toe
zegging van de voorzitter van een half jaar geleden en de uit
spraak van de kantonrechter, vraagt ook spreker zich af of het
zin heeft het thans voorgestelde besluit te nemen. Hij gelooft
dat het beter is dit besluit niet te nemen en het college te verzoe
ken zo spoedig mogelijk andere woonruimte voor deze mensen te
vinden
De VOORZITTER zegt dat in de vergadering van 21
- 174 -
160
161