20 november 1963.
thans de overgang over de grond gedoogt. Formeel heeft echter een burger geen
recht om aan de overzijde van de Eem over de landerijen te lopen.
In een bepaald gedeelte van het betrokken gebied heeft reeds een ruil
verkaveling plaatsgevonden. Dat betekent echter niet, dat Soester landbouwers
daar geen grond meer zouden hebben.
Op grond van het feit dat een weg ter plaatse niet is doorgetrokken,
heeft het college zich afgevraagd, of enkele landbouwers niet aan de ruilverkave
ling hebben willen meedoen. Dit laatste blijkt echter niet het geval te zijn. Het
betrokken gedeelte blijkt niet in de ruilverkaveling betrokken te zijn geweest.
De desbetreffende landbouwers waren in ieder geval niet tegen de ruilverkaveling
Anders had het college wellicht gezegd: Wij doen niets aan de pont; had u maar
aan de ruilverkaveling meegedaan.
Het is overigens erg jammer, dat het jaagpad geen openbare weg is
gebleven. Dat is echter een zaak van de gemeente Hoogland.
De heer DE BRUIN vraagt de aandacht van het college voor het laat
ste gedeelte van de Grote Melmweg naar de pont. Normaal is dat stuk weg reeds
ontzettend slecht. In de huidige regenperiode is het echter onbegaanbaar.
De wethouder VAN ZADELHOFF zegt dat het hier zuiver particuliere
grond betreft. Er wordt met de betrokken eigenaars onderhandeld over het af
staan van de grond aan de gemeente. Dan kan het desbetreffende gedeelte worden
verhard, hetzij via een raadsvoordracht, hetzij via de onderhoudspost
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
193. Voorstel om in beroep te gaan tegen het besluit van gedeputeerde staten van
Utrecht d.d. 23 oktober 1963, voorzover daarbij goedkeuring is onthouden aan
het uitbreidingsplan voor het 2e gedeelte van de Soester Eng.
1 94Voor stel tot het aangaan van een geldlening groot 500.000,--.
195. Voorstel tot ruiling van grond gelegen aan de geprojecteerde Irenelaan en de Mar
grietlaan met P Cv. Schadewijk
Deze voorstellen worden achtereenvolgens zonder discussie en zonde:
hoofdelijke stemming aangenomen.
196. Voorstel tot het in voorbereiding verklaren van een uitbreidingsplan.
De heer DE BRUIN vraagt of hier nog kaarten van zijn.
De wethouder VAN ZADELHOFF: Inderdaad.
De heer DE BRUIN: Is er haast bij dit voorstel?
De wethouder VAN ZADELHOFF merkt op dat dit welhaast een rou-
tinebesluit is, dat de raad ieder jaar in november wordt voorgelegd.
De raad zal vrij spoedig een uitbreidingsplan in hoofdzaak krijgen
voor het gebied ten zuiden van de Nieuweweg-Beukenlaan
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
De VOORZITTER doet hierop enkele mededelingen over het vervoer
van de raadsleden naar de bijeenkomst met andere raden uit de provincie in de
Domkerk te Utrecht op 28 november aanstaande.
Vervolgens deelt hij mede, dat het afdelingsonder zoek van de begro
ting voor 1964 zal plaatsvinden op dinsdag, 3 december aanstaande te 9-00 uur.
De openbare begrotingsbehandeling zal plaatsvinden op woensdag, 18 december,
terwijl de normale raadsvergadering op dinsdag, 17 december zal worden gehou
den
De wethouder VAN ZADELHOFF zegt dat alle raadsleden de nota van
de secretaris over het begrip erfpacht hebben gekregen. Voor de bijeenkomst op
de laatste dinsdagavond van deze maand, in welke bijeenkomst over dit onder
werp zal worden gesproken, hebben de leden van de commissie openbare werken
en de commissie grondbedrijf en uitbreidingsplan een uitnodiging ontvangen.
Verschillende, niet tot deze commissies behorende raadsleden hebben gevraagd,
of ook zij voor deze^bijeenkomst zullen worden uitgenodigd. Enkele commissiele
den hebben spreker echter verzocht niet alle raadsleden voor die bijeenkomst uit
te nodigen. Men is namelijk bang, dat de zaak dan wordt doodgepraat. Over de
ze materie zullen burgemeester en wethouders de raad zeker een nota voorleg-
- 183 -