18 december 1963.
verschillen tussen het college en de raad bestaan. Enerzijds vloeit dit voort uit
de omstandigheden dat onze inkomsten niet veel afwijkingen van het allernoodza
kelijkste mogelijk maken, anderzijds wijst dit toch ook wel naar een goed samen
spel van raad en college.
Toch hebben zich dit laatste jaar enige voorvallen voorgedaan, waar
bij het college zich te laat met informatie tot de raad wendde, Zo moesten wij
uit de krant voor het eerst vernemen, dat er zich op enkele plaatsen scheuren
voordeden in de woningen op de Eng. Terwijl uit latere toelichting bleek, dat
het college hier reeds lang van op de hoogte was en ook reeds verschillende
maatregelen had getroffen. Waarom hier dan niet de commissie openbare wer
ken eerder bij betrokken? Uit de ingekomen stukken vernamen wij voor de eer
ste maal dat het gymnastieklokaal van de openbare school aan de Kerkebuurt
afgekeurd was Op vragen uit de burgerij moesten zelfs de leden van de on
derwijscommissie het antwoord schuldig blijven, omdat zij niet tijdig op de
hoogte waren gesteld. Ook vragen wij ons af of er nu beslist geen wegen te vin
den waren geweest, dat de raad eerder op de hoogte werd gesteld van de voor
genomen reorganisatie der politie.
Het publiek, de burgers, welke wij vertegenwoordigen, komt bij
ons om inlichtingen. Wanneer wij dan moeten toegeven, ook niets te weten, is
er wel een buitengewoon goed klimaat geschapen om de gedachte te doen post
vatten van "het college doet maar". Al weten wij dat dit niet het geval is, dat
is niet voldoende. Willen we belangstelling voor de openbare zaak kweken, en
dat is een levensvoorwaarde voor het goed functioneren van de democratie, dan
is de grootst mogelijke openheid geboden.
Een ander contactpunt tussen gemeente en publiek ligt bij het op
treden van de ambtenaren, speciaal van die van de buitendienst. Deze worden
benoemd op grond van hun vaktechnische bekwaamheden. Dit biedt echter geen
garantie dat zij in het intermenselijk verkeer ook de juiste houding zullen aan
nemen. Vaak is dit wel het geval, maar helaas soms ook niet. En juist deze
ambtenaren kunnen door hun optreden bij het publiek een geprikkelde stem
ming teweegbrengen. Alsof het gemeentelijk apparaat iets vijandigs is en niet
ontstaan en gegroeid om de inwoners der gemeente te dienen. Wij zouden dan
ook graag van het college de toezegging ontvangen, dat bij een vacature in deze
sector de sollicitanten aan een psychotechnisch onderzoek zullen worden on -
derworpen
Op een geheel ander vlak ligt ons verzoek om die ambtenaren,
welke met publiek in aanraking komen, regelmatig te laten doorlichten.
Over het probleem van de moeilijk plaatsbare gezinnen ver
schillen wij van mening met het college. Wij geloven niet dat het probleem van
de moeilijk plaatsbaren zal verdwijnen door het eindigen van de woningnood.
Ook voor de oorlog, toen er geen sprake was van woningnoodkende men dit
probleem. Hoe ingewikkelder de maatschappij wordt, hoe moeilijker de aan
passing zal verlopen, hoe compacter de bebouwing, hoe groter de kans van
overlast welke deze gezinnen kunnen veroorzaken. Waar bovendien de tendens
is dat het bezit van oude woningen gaat in de richting van eigenaar-bewoner,
zullen we ons als gemeente toch moeten bezinnen op dit vraagstuk.
Wat de woningbouw in het algemeen betreft, zouden wij nog eens,
en vooral bij deze gelegenheid, willen beklemtonen de verdeling van de te
bouwen woningen in de categorieën woningwet-, premie- en vrijesector-bouw
nauwkeurig gade te slaan. Wij als raadsleden weten dat het beleid, bij de
bebouwing in het plan "Achter Dammers" gevoerd, door een gewijzigd sub
sidiebeleid van het rijk doorkruist werd. Maar het blijft een hard gelag voor
onze woningzoekenden.
Ook willen wij nog eens de huisvesting van bejaarden onder de
aandacht brengen. Door het bericht over de afkeuring van het uitbreidings
plan voor het tweede deel van de Eng is grote onrust ontstaan met betrekking
tot de bouw van het Algemeen Bejaardentehuis. Misschien is het mogelijk om
- 308 -