18 december 1963. Op het ogenblik is het dus nog steeds een kwestie van bespreking, onderhan deling en schetsen. Het college hoopt binnenkort met iets duidelijker gegevens te kunnen komen, maar nu is het nog niet mogelijk om werkelijk iets positiefs te zeggen. De zaak is gelukkig nog in beweging; neen is er nog niet en ja kan de gemeente krijgen, maar het is een moeizame zaak. Een voorbeeld hiervan is ook de Malvahoevewaarvan de stichtings- acte zeer lang onderweg is geweest. De zaak is al in november vorig jaar bij de adviserende commissie aanhangig gemaakt, voordat er van aankoop van de Malvahoeve sprake was. Van juni tot eind november heeft men erover gedaan om deze simpele stichtingsacte te bekijken voordat men haar ten slotte met één vrij onbenullige opmerking goedkeurde. Dergelijke betreurenswaardige zaken doen spreker wel eens denken aan een van de boeken van Dickens waar in hij over zijn "ministerie van merkwaardige zaken" schrijft. Dat geeft de indruk.dat er toen in Engeland ook wel instanties waren, waar men echt niet helemaal de weg wist. Het zwemonderricht hoopt het college in samenwerking met de consulent voor lichamelijke opvoeding te intensiveren. Misschien is het mo gelijk de nu nog onvoldoende verwarming van het water, wanneer de raad dat in januari zou goedkeuren, wat te verbeteren en uit te breiden. Het schoolzwemmen in een recreatiebad is een moeilijke zaak. Zodra het een beetje behoorlijk weer wordt, komen de bezoekers voor het recreatieve doel. Een belangrijk deel van het personeel van het bad moet daarop dan toezicht houden. Men zou dus een extra kracht moeten aanstellen, waardoor de kosten van de instructie worden verhoogd. Dit is bezwaarlijk en dus dreigt het schoolzwemmen in de verdrukking te komen. Daarom in formeerde mevrouw Polet hoe het staat met een instructie bad Het college ziet uit naar een mogelijkheid om onder een toeval lig gevonden dak een geïmproviseerd instructiebadje te maken. Zo'n bad zal uitsluitend dienen voor zwemonderricht aan kinderen en wellicht ook aan enkele volwassenen. De omvang zal niet groot kunnen zijn. Het zal worden aangelegd in a.fwachting van nadere plannen voor een werkelijk be hoorlijk geoutilleerd instructiebadZo'n plan zal ongetwijfeld lang onder weg zijn. De ervaring leert dat het zeker wel zes of zeven, misschien wel acht jaar kan duren, eer dat men uit de lange rij van wachtenden met een goedkeuring te voorschijn komt. Maar in die tussentijd is bij de huidige stand van de techniek zeer goed een redelijk instructiebadje te maken, dat ongetwijfeld veel nut zal hebben. Dan kan een volledig winterseizoen aan de instructie worden besteed. In het voorjaar kan in het open bad de curs us worden voltooid. Van het afkeuren van het gymnastieklokaal in Kerkebuurt heeft het college nimmer officieel bericht gekregen, alleen indirect. Dat in directe bericht kwam vrijwel gelijktijdig met een reactie van het Huma nistisch Verbond, wiens voorzitter een leerkracht van het openbare u.l.o. is. Deze werd dus onmiddellijk geconfronteerd met dit afkeuren. Het bekend worden daarvan bij het college viel vrijwel samen met de ontvangst van het ingekomen stuk. Daardoor is dit punt niet in de commissie behan deld. Het had er wellicht nog net in gekund, maar he t is spreker op dat ogenblik ontgaan Het probleem van de moeilijk plaatsbaren gaat inderdaad niet op en neer met de woningnood, maar de woningnood bemoeilijkt wel het vinden van een oplossing voor deze mensen. Gelukkig is hun aantal in deze gemeente niet groot. Dat moet natuurlijk niet leiden tot de opvat ting, dat men dan maar rustig kan gaan slapen. Dit probleem zal zeker de aandacht moeten hebben in de toekomst. Er zal naar mogelijkheden moeten worden gezocht om deze mensen redelijk onder dak te helpen, liefst zodanig, dat er in opvoedende zin kan worden gewerkt. Meestal ontbreekt het aan een behoorlijke levenshouding, een behoorlijk bewonings- peil. Men kan trachten daar iets aan te doen in de vorm van raad en daad. - 217 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1963 | | pagina 218