16 september 1964. Spreker is zeer benieuwd naar het resultaat van deze actie te Soesterberg. Hij hoopt van harte dat het een goed resultaat zal zijn. Hij vraagt zich hierbij af, of het niet gewenst zou zijn de hoofden van scholen bij deze actie te betrekken. Deze actie zal zich voltrekken per straat. Dit betekent echter niet dat inderdaad alleen zij dre in een bepaal de straat wonen die ene bepaalde straat moeten schoonhouden. De hoof den van scholen kunnen in dit verband door middel van een opvoedkundig lesje een belangrijke bijdrage leveren. Het is immers meer dan vrese lijk wanneer de schooljeugd na het uitgaan van de school alle mogelijke vuilnisbakken omschopt. Op de dagen dat de auto van de reinigingsdienst in een bepaalde straat komt, ziet men dat de middenstand naast zijn vuil nisbakken vaak ook nog een hoeveelheid kartonnen verpakkingsmiddelen op straat zet. Dat verpakkingsmateriaal wordt door de jeugd dikwijls ge bruikt om daarmede rijkelijk te voetballen. Ingevolge deze actie zouden de bewoners van de betrokken straat zelfs hetgeen er na zo'n voetbalpar tij op straat blijft liggen, moeten opruimen. Spreker meent dan ook dat het van groot belang is dat het college van burgemeester en wethouders deze actie stimuleert via de hoofden van scholen. Nog een stapje verdergaande, denkt spreker in dit verband ook aan een stimulering via de verenigingen die men in Soesterberg kent. Het is hem bekend dat een van die verenigingen zich reeds als propagan diste heeft aangemeld bij de actie "Opgeruimd staat netjes". Deze ver eniging wil er via haar clubbladen op wijzen, dat het van groot belang is dat er iets tegen de verontreiniging wordt gedaan. Het is te hopen dat deze actie te Soesterberg een voor beeld zal zijn voor Soest, zodat zij te zijner tijd inderdaad zal kunnen worden uitgebreid tot Soest. Mevrouw MUURLING-Voorthuis merkt op dat de woorden van de heer Pieren haar uit het hart zijn gegrepen. Spreekster wil er nog op wijzen dat de gemeente in dit ver band wellicht zelf ook nog iets zou kunnen doen. Zij denkt hierbij aan een mogelijkheid om te voorkomen dat de inwoners grof huis- en tuinvuil in bossen en platsoenen werpen. Deze mogelijkheid kan naar haar mening worden gerealiseerd door het vaker dan tweemaal per jaar laten meerij den van een volgauto met de auto waarin de vuilnisbakken worden gele digd. Zij meent nldat de vervuiling van de gemeente voor een deel te wijten is aan het feit dat de mensen geen raad weten met grote afvalpro- duktenHet verdient haars inziens daarom aanbeveling, de volgauto va ker dan eenmaal per half jaar te laten rijden en dit ter kennis van de bur gerij te brengen, opdat men weet dat men zijn grove huisvuil en tuinvuil op gezette tijden kan meegeven. Wanneer men weet dat men telkens bin nen een redelijke termijn de dingen die men kwijt wil inderdaad kwijt kan, zal het minder vaak voorkomen dat vuil langs de openbare weg wordt ge deponeerd. De VOORZITTER zegt als antwoord aan de heer Pieren dat hij ruim een jaar geleden contact heeft gehad met de hoofden van scholen over het tegengaan van de vervuiling in Soesterberg. De onderhavige actie was toen nog niet bekend en in dat overleg wist men eigenlijk nog niet de vorm te vinden waarin dat tegengaan van de vervuiling zou moeten gebeuren. Het lijkt spreker een zeer goede gedachte, de schoolhoofden thans op deze actie te wijzen. Dat kan dan dus gebeuren min of meer in aansluiting aan het overleg dat eerder heeft plaatsgehad. Het is, zeer tot zijn genoegen, ook aan spreker bekend dat men van verenigingszijde in Soesterberg wil meehelpen aan deze actie. De betrokken vereniging heeft een beroep gedaan op het gemeentebestuur om de andere verenigingen ook te willen opwekken in de richting van het stimuleren en bekend maken van en het begrip kweken voor deze actie - 150 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1964 | | pagina 151