21 oktober 1964
209 (3) Voorstel tot aankoop van grond gelegen:
a. aan het Kerkpad van mej M.J. Drie;
b. aan het Kerkpad van mevr. J. Bodewes-Wanzing;
c. aan de Soesterbergsestraat van de fa. Houdijk Zonen.
Deze voorstellen worden achtereenvolgens zonder discus
sie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
d. aan de Soesterbergsestraat van E.C.Higler.
Mevrouw MUURLING-Voor thuis heeft zich verwonderd
over het enorm brede trottoir voor het nieuwe pand van de Kopak. Het
betreft hier een druk punt bij een bijzonder gevaarlijke bocht, naast
de garage van Kooij. Was het niet logischer daar parkeerplaatsen uit
te sparen voor bezoekers van het betrokken bedrijf?
De wethouder VAN ZADELHOFF betwijfelt of het ver
standig is zo dicht bij de bocht een parkeerplaats te maken. Voor de
totale vernieuwing van de Soesterbergsestraat ligt er een plan bij ge
meentewerken. Voorts zijn inmiddels - dat moet echter eerst nog in
een commissie behandeld worden - door het bureau van Embden totaal
andere verkeerslijnen voor Soest opgesteld. Die moet men eens rustig
bespreken. Spreker gelooft echter dat het op het ogenblik prematuur is
om met de door mevrouw Muurling bedoelde grond iets anders te doen
dan er trottoir van te maken.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aange
nomen
e. aan het Kerkpad van G .v d. Hoef;
f. aan de Soesterbergsestraat van de N.V. Mij. tot Exploitatie van
Onroerend Goed "De Schans" te Rotterdam;
g. Beukenlaan 92 met opstallen van P C. Hilhorst.
210 (4) Voorstel tot het aangaan van een ruiling van gronden gelegen:
a. aan en nabij de Prins Bernhardlaan met A .Bouwhuizen;
b. aan en nabij de Hildebrandlaan met K.Damsma.
Deze voorstellen worden achtereenvolgens zonder dis
cussie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
211 (5) Voorstel tot het beschikbaarstellen van een krediet voor het treffen van
enige voorzieningen aan het P V O.-terrein aan de Beetzlaan.
Mevrouw MUURLING-Voorthuis leest in het voorstel,
dat men aan de straatzijde een afrastering wil aanbrengen, ten einde
het onbevoegd betreden van het terrein zoveel mogelijk te voorkomen.
De achterkant van dit terrein grenst aan een speeltuin, waar veel kin
deren spelen. Spreekster gelooft dat juist van die kant het gevaar komt
van het onbevoegd betreden van het terrein. Blijft daar afrastering
achterwege, opdat de leden van P.V.O. gebruik kunnen maken van het
toilet dat bij het speelterrein zal komen?
De heer GRIFT merkt op dat ter plaatse puin en afval
zijn gestort. Het vuil gaat door de afscheiding heen en komt terecht
in de tuin van de heer van Hornsveld. Speciaal met het oog op het door
de heer van Hornsveld aangelegde gazon, betekent dit voor hem een
grote overlast. Spreker weet niet of dit punt tot de competentie van de
gemeente dan wel van P.V.O. behoort. Maar kan hieraan aandacht
worden geschonken?
De wethouder DE HAAN zegt dat de afrastering van het
speeltuinterrein is opgenomen in een afrasteringsplan voor alle speel
tuinen in de gemeente Het zou een beetje bizar zijn, nu een gedeelte
van het speelterrein af te rasteren en later de rest van de afrastering
daar weer in te passen.
Het betreden van het onderhavige terrein door spelende
kinderen zal wel meevallen. Het probleem wordt hier veeleer gevormd
door de nozems, die zich buiten de speeltuinuren hier en daar onledig
houden met het betreden van terreinen, waaronder het terrein van de
- 159 -