Nr. 12.
2 december 1964.
NOTULEN
van het verhandelde in de openbare vergadering van de raad der gemeente
Soest op woensdag, 2 december 1964, te 20.30 uur.
VOORZITTER: de burgemeester, de heer mrS.P. Baron Bentinck.
SECRETARIS: de heer J. Dobben, loco-secretaris.
Tegenwoordig de leden: J. van den Arend, G.C van den Berg, J.W.D.
Berkelbach van der Sprenkel, J.K. de Bruin, drsL.J. Dijkstra, B.H.A.
Elbertse, P. Grift, K. de Haan, A.P Hilhorst, J.H. Hom, J.C. Korte,
dr. D.J.P. Oranje, P.C. Pieren, mevrouw S.M. Polet-MusierJ.R. van
Poppelen, C. Verheus, mevrouw M.C.P. Walter-van der TogtC.C. van
Weert, A.S. Westra en drs. W.G. van Zadelhöff.
Afwezig met kennisgeving is het lid: mevrouw M.H.B. Muurling-Voorthuis
De VOORZITTER opent te 21.30 uur de vergadering en doet voorlezing van
de gebedsformule.
Vervolgens deelt hij mede dat bericht van verhindering is
ingekomen van mevrouw Muurling, wegens ziekte.
260(1) Beëdiging van het nieuw benoemde raadslid de heer A.S. Westra.
De heer Westra legt in handen van de voorzitter de in de
gemeentwet voorgeschreven eden af
De VOORZITTER spreekt daarop als volgt.
Mijnheer Westra, dan mag ik u van harte gelukwensen met uw benoeming
tot lid van de raad. U heeft al iets van de gemeentezaken kunnen proe
ven, doordat u al wat aan de commissie heeft deelgenomen. Ik hoop erg
dat u voor ons een aangenaam lid van de raad zult zijn, dat het zijne
zal bijdragen om de raad goed te laten functioneren en goede besluiten
te laten nemen. Ik hoop ook dat het raadslidmaatschap voor u een bevre
digend lidmaatschap zal zijn.
Hartelijk heet ik u welkom in deze kring.
De heer WESTRA dankt de voorzitter voor zijn vriendelijke woorden en
spreekt de hoop uit, dat hij met de raad en het college zal kunnen sa
menwerken in het belang van de gemeente Soest.
261(2) Ingekomen stukken.
a. Schrijven van de commissaris der Koningin d.d. 20 november 1964 met
een uittreksel uit het Koninklijk Besluit van 6 november 1964, nr5,
houdende herbenoeming met ingang van 1 december 1964 van de heer mr.
S.P. Baron Bentinck, alsmede van 24 november 1964 houdende mededeling
dat de voorgeschreven eden zijn afgelegd, met voorstel deze voor ken
nisgeving aan te nemen.
De heer HILHORST spreekt als volgt
Mijnheer de voorzitter.' Het is wel een eigenaardige tijd van vergade
ren, met een agenda die nu niet een officiële agenda kan worden genoemd,
maar wij vinden dit toch wel een zo belangrijk punt, dat wij menen hier
aan niet zo maar voorbij te kunnen gaan door het zonder meer voor ken
nisgeving aan te nemen.
Het heeft ons allen zeer verblijd, dat Hare Majesteit de Koningin
u opnieuw heeft willen benoemen.
Maar het heeft ons natuurlijk nog meer verblijd, dat u deze benoeming
ook heeft willen aanvaarden. Wij, als raad, gevoelen ons daarmede bij
zonder gelukkig. Als raad, vertegenwoordigende de gemeentenaren van
Soest, kunnen wij ons gelukkig prijzen dat wij u in ons midden houden.
Wij hopen (ik twijfel er niet aan), dat dat zal zijn op dezelfde wijze
als in het verleden het geval is geweest. Ik kan u verzekeren dat wij,
als raad, alles zullen doen wat van ons mag worden verwacht, om het
zware werk dat u in deze zo snel groeiende gemeente als burgemeester
heeft, voor u zoveel als mogelijk is te verlichten.
- 193 -