2 december 1964. door de gemeente Soest - mits aangelegd op een moderne wijze, zodat hij praktisch het dorp niet in tweeën snijdt en niet hindert - de beste oplossing zou zijn. Op dit standpunt blijft het college zich nog altijd stellen. Wanneer men de moderne stedebouw in het buitenland bekijkt, ziet men dat daarbij niet wordt begonnen met het bouwen van een stad, doch dat wordt begonnen met het aanleggen van een spoorlijn en een weg. Zo'n weg wordt dan zodanig aangelegd, dat hij het eigenlijke stadsver keer niet hindert. Men legt zo'n weg aan, omdat een stad nu eenmaal een hoeveelheid verkeer aantrekt. Nu kan men zo'n weg wel een heel eind buiten een stad of een dorp leggen, doch dan zal men toch weer met een ander tracé moeten komen, om het mogelijk te maken dat men van die weg af in de stad of in het dorp kan komen. Wanneer men in het gemeentebestuur van Soest over "de weg" spreekt, denkt men 'rijksweg". Spreker zou zich echter kunnen voorstel len, dat de rijkswaterstaat langzamerhand anders denkt, b.v.Ik weet niet of ik zo'n rijksweg nr. 1 nog langer moet behouden; als rijkswa terstaat moet ik mijn gedachten meer richten op de lange afstanden, terwijl korte verbindingen tussen plaatsen (b.v. Hilversum, Baarn, Soest, Amersfoort) mij meer een zaak lijken van hetzij de gemeente, het zij de provincie. Hij zou er geheel kunnen inkomen wanneer zich de laat ste tijd een dergelijke gedachtengang bij de rijkswaterstaat zou hebben ontwikkeld of gaat leven, gezien het vele werk dat de rijkswaterstaat op langere afstanden heeft te verzorgen. Dit neemt overigens niet weg, dat hij nog steeds niet begrijpt, dat er in de Nieuwe Rotterdamse Courant staat dat het een uitlating van de hoofdingenieur-directeur van de rijkswaterstaat zou zijn, dat het plan van het Eng-tracé van weinig visie getuigt. Dit zou n.1. in de eerste plaats betekenen, dat het gemeen tebestuur van Soest, populair gezegd, een stelletje krullenjongens aan het werk heeft gezet om het Engtracé uit te tekenen. Dit is echter geens zins het geval. Het tegendeel is waar. De betrokkenen zijn volkomen ca pabel, niet slechts om een dergelijk werk in tekening te brengen, doch zelfs ook om het uit te voeren. Maar er is meer. Toen dit plan van het Eng-tracé bij de rijkswaterstaat werd aangeboden, is men daar getroffen door het feit dat het mogelijk was - in tegenstelling tot wat men daar zelf had gedacht, in verband met de beschikbare ruimte -, dit tracé op een dergelijke moderne manier door Soest te voeren. Spreker heeft dit vernomen van een van de ingenieurs van het betrokken ingenieurs bureau. Hierbij zij opgemerkt, dat dit bureau heus niet wordt gevormd door mensen die met hun eigen naam te koop lopen of die op dit punt nu eens echt een beetje propaganda voor zich zelf maken. Dat heeft dit bu reau n.1. in het geheel niet nodig; het is erkend als een goed bureau. Men moet met krantenberichten overigens wel heel erg oppassen. Spreker heeft n.1. in een krant gelezen, dat men in Soest een zeer onde mocratische burgemeester heeft, omdat deze voor het koninklijk paleis een gat zou willen laten graven, waardoor in den vervolge wanneer er door Hare Majesteit de Koningin een nieuwe kabinetsformateur zou worden opge roepen, de persfotografen en andere persmensen voor het paleis geen plaats meer zouden vinden en niet zouden kunnen gadeslaan, wie er in verband daarmede per auto bij het paleis zou arriveren. Wanneer een krant de zaak zo uitlegt, hecht spreker niet zo heel veel waarde aan dergelijke persbe richten. Met betrekking tot de thans in het geding zijnde persconferen tie zij nog het volgende opgemerkt. Spreker heeft een tijd geleden tegen enige persmensen gezegd, dat hij, zo zij daarvoor belangstelling zouden - 199 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1964 | | pagina 200