9 december 1964. De aannemer zei toen: Ik bouw geen premiewoningen meer; ik bouw woningen in de vrije sector, want dan houd ik altijd nog over het verschil tussen die 10.000,-- en de premie. In het huidige systeem mag men een aannemer niet verwijten, dat hij de hoge prijs rekent die hij kan halen. Die prijs komt gewoon uit de markt tevoorschijn. Er zou maar één oplossing zijn (en daar durft men niet aan): prijsbeheersing Die zou dan voor alle woningen moeten gelden. Voor een dergelijke prijs- beheersing is men weer beducht, omdat er dan met zwart geld zou worden gewerkt Hiermede wil slechts gezegd zijn: of men nu wel of niet in combinatie bouwt, de vrijesectorwoningen worden geen gulden goedkoper. Naar aanleiding van hetgeen de heer Hilhorst heeft opgemerkt over het tracé van de rijksweg 1B zegt spreker, dat het tot nu toe zo was, dat het college al wel wat wist, doch niets mocht zeggen. Vanoch tend is er evenwel een brief (gedateerd 8 december 1964) van de rijks waterstaat binnengekomen. Het lijkt spreker goed, deze brief thans voor te lezen, die een antwoord is op de vraag van het college aan de rijkswaterstaat, hoe het staat met de omlegging van rijksweg 1B door Soest en Soestdijk. De brief luidt als volgt: "Naar aanleiding van uw nevenaangehaalde brief deel ik u mede, dat thans door de Rijkswaterstaat in overleg met de Provinciale Waterstaat, de Provinciale Planologische Dienst en de Cultuur Technische Dienst een plan voor de in margine genoemde omlegging wordt uitgewerkt dat ten oosten van de be bouwing van Soest en Baarn loopt en ten westen van de Eem op de Rijksweg nr. 1 zal aansluiten. "Dit tracé is zover oostelijk verschoven dat het uitbrei dingsplan Lange Brinkweg kan worden uitgewerkt, ongeveer in de vorm waarin u zich dat voorstelt. "Ten aanzien van dit laatste punt heb ik de arrondisse ment singenieur ir. H.A.M. Boekwijt verzocht contact op te nemen met uw directeur van gemeentewerken. "Bij dat contact zal voorts ter sprake komen de wijze van aansluiting van de omgelegde Rijksweg 1B met de bebouwing van Soest Het gaat dus nog maar om een plan; een plan, dat eigenlijk ongeveer gelijk gaat lopen met de provinciale weg, dat wil zeggen: de doortrekking van de weg van Bilthoven naar Trier. Deze doortrek king wordt ten dele provinciale weg en ten dele rijksweg, die met een boog door het waterschap zal lopen, in de buurt van hét terrein van de dienst van gemeentewerken dicht bij de Lange Brinkweg zal lopen en verder ongeveer het tracé zal volgen van de weg die in het streek plan staat. Het komt spreker voor, dat dit betekent dat er hier en daar landbouwkundig grote moeilijkheden zullen ontstaan. Hij zou wel eensgraag willen weten, welke kosten dit tracé ntèt' alle desbetreffen de cultuur-technische maatregelen en kunstwerkéh Éal meebrengen en de ze eens willen vergelijken met die van een ander tracé. Bij dit tracé is voor Soest het moèilijke punt, dat er pas ongeveer aan het einde van de Lange Brinkweg of daaromtrent een aansluiting op de rijksweg komt De heer HILHORST: De dorpsaansluiting? De wethouder VAN ZADELHOFFJa. dat is toch ons belang. Spreker vervolgt dat een en ander ook zou kunnen betekenen, dat alles wat ten westen van deze aansluiting woont, zoveel mogelijk het oude tracé langs het paleis zal volgen (dat gaat natuurlijk veel sneller), met alle gevolgen van dien. - 233 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1964 | | pagina 234