20 december 1965. steeds meer geld kost. Het gevolg hiervan is, dat men de reservepont nog maar laat "zweven". Er is namelijk ook nog een nieuw aangekochte pont, die niet wordt gebruikt. De begroting van het bedrijf gemeentewerken wordt zonder hoofde lijke stemming vastgesteld. Grondbedrijf De heer PIEREN stelt vast dat de grondprijzen de laatste tijd hoe langer hoe meer stijgen. Bij de vaststelling van de grondprijzen wordt, vooral wat de prijzen van de grond in nieuwe uitbreidingsplannen betreft, in het kader van de totale exploitatie-opzet rekening gehouden met de z.g. stadsuitlegkosten ten aanzien van bijzondere voorzieningen, zoals scholenbouw, wegenaanleg, plantsoenvoorzieningen e.d. Burgers woonachtig in oude wijken in of nabij een uitbreidingsplan zullen ook van deze open bare voorzieningen profiteren. Acht het college het juist, dat de lasten van dergelijke voorzieningen uitsluitend en alleen worden verdisconteerd in de prijzen van de gronden gelegen in het nieuwe uitbreidingsplan? Acht het college het mogelijk, dat te dezen gekomen wordt tot een andere exploi tatie-opzet, b.v. door een andere afschrijvingspolitiek? Wanneer men op een bepaald stuk grond woningen gaat bouwen van een zodanige kwaliteit, dat mag worden verwacht dat zij langer dan vijftig jaar zullen blijven staan, dan kan men de grond over een langere periode, b.v. over een periode van zeventig of tachtig jaar, afschrijven. Door het uitsmeren van de af schrijving zou men kunnen komen tot een uitsmering van de exploitatie- opzet. Spreker zou het op prijs stellen als het college zich eens zou wil len beraden over dit zeer moeilijke vraagstuk en de raad hierover te zijner tijd nader zou willen inlichten. De wethouder HILHORST zegt dat de z.g. stadsuitlegkosten niet geheel worden gedekt door hetgeen terzake in de grondprijs wordt verdis conteerd en dat daarom ook de gewone dienst hierbij moet worden ingescha keld. Wat dit betreft gaat men dus te werk in de richting die volgens de heer Pieren moet worden gevolgd. De kwestie van de afschrijvingen wil spreker gaarne nog eens be zien. Hierover kan dan te zijner tijd eens worden overlegd. De begroting van het grondbedrijf wordt zonder hoofdelijke stem ming vastgesteld. Gasbedri jf De heer WESTRA merkt op dat onder volgnummer 13 een correctiefac tor van 5% en een gasverlies van 15% wordt genoemd. Spreker heeft hierover bij het afdelingsonderzoek een vraag gesteld, zowel met het oog op het feit, dat een abnormaal groot gasverlies ontploffingsgevaren kan opleveren als met het oog op het feit, dat de grootte van het gasverlies van groot belang is ten aanzien van de bedrijfsuitkomsten. Wanneer het ten aanzien van de correctiefactor en het gasverlies geraamde percentage in de practijk de helft kleiner blijkt te zijn, dan zou het geraamde verlies met ongeveer 56.000,- dalen. In het Antwoord zegt het college, dat het gasverlies bij het gasbedrijf van de gemeente Soest momenteel minder is dan het in de begroting genoemde percentage. Spreker zou gaarne een wat concreter ant woord ontvangen, teneinde te kunnen bepalen, welke invloed het gasverlies heeft op het in de ontwerpbegroting geraamde bedrijfsresultaat. De wethouder VAN DEN AREND zegt moeilijk te kunnen voldoen aan de wens van de heer Westra, aangezien Soest pas het afgelopen jaar op aardgas is overgeschakeld. De druk waaronder het aardgas door de leidingen wordt gevoerd is hoger dan die waarmede het stadsgas door de leidingen werd gevoerd. Daardoor wordt het verlies procentueel groter. In de begroting is wat he$gas- verlies (inclusief de meetverliezen bij de meters enz.) betreft een per centage van 20 opgenomen. In werkelijkheid is het verlies momenteel iets

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1965 | | pagina 210