24 maart 1965. h. Schrijven d.d. 8 maart 1965 van de bewoners van de Korte Brinkweg inzake de rooiing van de langs deze weg staande eikebomen, met voor stel dit schrijven te stellen in handen van burgemeester en wethou ders om advies. i. Schrijven van de heer G.H. Nieman, met voorstel dit schrijven te be antwoorden conform het eveneens ter inzage gelegde concept. j. Schrijven d.d. 16 februari 1965 van G.J. van Beek, Smitsweg 19 te Soest, inzake de aanwezigheid van een werkplaats op een aan de Smits- weg gelegen terrein, met voorstel dit schrijven in handen te stellen van burgemeester en wethouders om advies, k. Schrijven d.d. 15 februari 1965 van B. Huisman, van Maarenstraat 11 te Soesterberg, inzake de riolering van de van Maarenstraat, met voor stel te berichten conform het eveneens ter inzage gelegde schrijven van de directeur van gemeentewerken van 3 maart 1965. 1. Schrijven d.d. 20 januari 1965 van enige bewoners aan de Amersfoortse- straat inzake hinder en overlast welke wordt ondervonden ten gevolge van de exploitatie van het Nieuwe Jachthuis (Chanair Club) te Soester berg, met voorstel conform bijgevoegd concept-schrijven te berichten. Met betrekking tot deze stukken wordt besloten overeenkom stig hetgeen daaromtrent door burgemeester en wethouders is voorgesteld, m. Vragen van de raadsfractie van de Partij van de Arbeid inzake het ben zinestation van de N.V. Purfina te Soesterberg en de herbouw van de in 1956 door een ongeval verwoeste panden, met antwoord van burgemees ter en wethouders. De heer PIEREN zegt het college namens zijn fractie harte lijk dank voor de vlotte beantwoording van deze vragen. Spreker meent dat men, wanneer men het antwoord van het college goed leest, moet constate ren dat de onderhavige kwestie, die in Soesterberg nogal wat stof doet opwaaien, zuiver en alleen een civielrechtelijke zaak is tussen mevrouw De Ruiter en de benzinemaatschappij Purfina. Hij zal gaarne vernemen of hij dit juist ziet Gisteravond heeft zich in Soesterberg op de Rademakerstraat een zeer droevig verkeersongeval voorgedaan, waarbij een dode is te be treuren. Zijn sprekers desbetreffende informaties juist, dan zou een automobilist van het nieuwe benzinestation af plotseling de weg zijn op gereden. Hij verzoekt de voorzitter, als hoofd van de politie, een uit gebreid onderzoek te willen instellen, om,wanneer dit juist mocht zijn, in ieder geval maatregelen te nemen, opdat wordt voorkomen dat automobi listen, die uit Utrecht komen en bij bedoeld benzinestation tanken, ver volgens weer de Rademakerstraat richting Amersfoort oprijden. Het lijkt spreker beter dat deze automobilisten na te hebben getankt hun weg ver volgen via de Postweg. De automobilist, die uit de richting Utrecht komt, op de Rademakerstraat bij bedoeld, links van de weg gelegen benzinesta tion tankt en dan zijn weg over de Rademakerstraat richting Amersfoort wil vervolgen, moet een heel gevaarlijke manoeuvre uithalen; hij moet de Postweg kruisen en hij moet tevens op het tegemoetkomende verkeer uit de richting Amersfoort letten. Dit heeft, helaas, al een droevig ongeval tot gevolg gehad. De VOORZITTER zegt als antwoord op de eerste vraag van de heer Pieren, dat de achtergrond van alle moeilijkheden inderdaad een civiel rechtelijke kwestie is tussen mevrouw De Ruiter en de betrokken benzine maatschappij. Er is een overeenkomst geweest en daaraan heeft men zich, naar spreker meent, niet willen houden. Daaruit is alle narigheid voort gekomen Naar aanleiding van hetgeen de heer Pieren verder heeft opge merkt zegt spreker, dat het op zichzelf natuurlijk volkomen onjuist en bijzonder dom is, gebruik te maken van een links van de weg gelegen ben zinepomp, terwijl er rechts van de weg ook pompen zijn. - 46 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1965 | | pagina 47