15 juni 1966. is goedgekeurd, de nog niet op de waterleiding aangesloten percelen aan de Dorresteinweg zo spoedig mogelijk op de drinkwaterleiding zullen wor den aangesloten. De heer ORANJE zou graag vernemen wat in deze onder "zo spoedig mogelijk" mag worden verstaan. De wethouder DE HAAN zegt dat het uiteraard de bedoeling is, de drinkwatervoorziening t.a.v. de Dorresteinweg zo spoedig mogelijk te la ten uitvoeren. Wat dit "zo spoedig mogelijk" betreft, is men afhankelijk van anderen dan de gemeente. De waterleiding-maatschappij legt aan. Spre ker heeft de indruk dat men ook van die kant wel bereid is om behoorlijke spoed te betrachten en dat inderdaad spoedig met de aanleg zal worden be gonnen De heer ORANJE hoopt dat het college nu gauw contact zal opne men met de waterleidingmaatschappij, om haar te vragen hiermede spoed te betrachten. De wethouder HILHORST merkt op dat nu voor wat de gehele ge meente betreft de mogelijkheid aanwezig is om daar waar dat wordt verlangd en nodig is de mensen van goed drinkwater te voorzien. Spreker gelooft derhalve dat het Koninklijk Besluit waarbij de baatbeiastingverordening drinkwatervoorziening super-onrendabele percelen is goedgekeurd, een zeer belangrijk besluit is. Hij geeft de verzekering dat de waterleidingmaat schappij heel spoedig de waterleiding langs de Dorresteinweg zal aanleg gen. Het stuk wordt voor kennisgeving aangenomen, i. Rekening over 1965 van de schoolartsendienst district Baarn en Om streken Dit stuk wordt voor kennisgeving aangenomen, j. Brief van Gedeputeerde Staten der provincie Utrecht d.d. 11 mei 1966 inhoudende mededeling dat de begroting voor het dienstjaar 1966 is goedgekeurd. de Heer DE BRUIN merkt op dat de toestand op de kapitaalmarkt met de dag onrustbarender wordt. Vandaag is er een uitgifte aangekondigd van 7^% tegen een emissieprijs van 98%. De toestand schijnt steeds erger te worden, maar dit komt niet plotseling; de toestand is al enige tijd onrustbarend In de begrotingsvergadering van december j.1. heeft de raad unaniem aangedrongen op een lijst van urgente werken. Die lijst is toen door het college toegezegd. Dat is nu bijna zes maanden geleden gebeurd, maar nog heeft de raad niets van die urgentiestaat gezien. Het heeft spre ker ten zeerste verwonderd dat op de laatste pagina van de brief van ge deputeerde staten staat, dat het college van burgemeester en wethouders bereids bij de minister van binnenlandse zaken een krediet van 142.000, heeft aangevraagd ten behoeve van de aanschaf van twee brandweerwagens. Hij dacht n.1. dat het tot de competentie van de raad behoort om een ur- gentielijst vast te stellen en dat dat zeer zeker het geval is in de huidige tijd, waarin het verkrijgen van geldleningen steeds moeilijker blijkt te worden; daarom vindt hijfiet tot op zekere hoogte een beetje on aangenaam, dat het college zelve de urgentie in handen neemt en bij bin nenlandse zaken een lening aanvraagt voor de aanschaf van twee brandweer auto 's. Hij zal niet zeggen dat die auto's niet nodig of niet nuttig zijn, want dat zijn ze bepaald wel, maar hij is beslist van mening, dat in deze tijd van kapitaalschaarste beslist zeer goed moet worden uitgekiend, welke werken urgent, welke werken minder urgent en welke werken super-urgent zijn. Daarom verzoekt hij (erop wijzende dat er over drie weken wederom een raadsvergadering zal zijn) met klem, de raad op zeer korte termijn de gevraagde, door het college reeds toegezegde urgentiestaat over te leggen. 114

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1966 | | pagina 115