19 januari 1966, Tijdens die commissievergadering kwamen er nog een paar stukken ter ta fel die de commissieleden tevoren niet hadden kunnen inzien. Spreker neemt aan dat het college het met hem eens zal zijn, dat het heel moei lijk is een oordeel over een voorstel te geven als men niet eens in de gelegenheid wordt gesteld het te lezen. Enige tijd geleden is naar spreker meent door mevrouw Polet voorgesteld ervoor te zorgen, dat de raadsleden de in een vergadering te behandelen stukken uiterlijk zeven k acht dagen vóór die vergadering in hun bezit hebben, zodat zij die stukken en eventueel de desbetreffende in het raadhuis ter inzage ge legde stukken behoorlijk kunnen bestuderen. Hij neemt gaarne aan dat er wel eens zaken zijn die enige spoed eisen. Anderzijds gelooft hij dat het vergaderen op de derde woensdag van de maand voor de raad geen wet van Meden en Perzen moet zijn. Hij dacht dat best eens van deze stel regel kan worden afgeweken als, bijvoorbeeld in verband met bepaalde spoedeisende zaken, het belang der gemeente dat eist. Mevrouw POLET-Musier blijft in principe op het standpunt staan, dat de raadsleden de in een raadsvergadering te behandelen stukken tij dig in hun bezit moeten hebben. Aan de agenda van vanavond zijn met toestemming van de commis sie grondbedrijf en uitbreidingsplannen op het laatste moment enige punten toegevoegd, omdat de commissie, twee belangen tegen elkaar af wegende, inzag dat het verstandiger was, deze stukken vanavond te behan delen dan de behandeling daarvan een maand uit te stellen. Het betreft hier in het algemeen grote aankopen in een gebied waarmede men al enige tijd bezig is. De ten aanzien daarvan gevolgde procedure is bekend. Wan neer ten aanzien van zulke zaken in de commissievergadering een wat ruime toelichting wordt gegeven, zijn zij in ieder geval voor de commis sieleden geestelijk eigendom geworden. Spreekster meent dat die commis sieleden hun fractiegenoten dan voldoende kunnen voorlichten. Zij heeft bezwaar tegen een al te gemakkelijk afstappen van de gewoonte, de raadsvergaderingen te houden op de derde woensdag van de maand. Het vorig/heeft men wat dit betreft het ritme verstoord in ver band met de paasdagen. Doordat verschillende raadsleden in verband met hun werk des avonds dikwijls bezet zijn, heeft men toen drie maanden ge modderd alvorens het ritme te hervinden. Spreekster meent daarom dat wat dit betreft het afwijken van de regelmaat het werken niet bevorderd. Het lijkt haar in het algemeen het beste, dat de raadstukken die gereed zijn, zo spoedig mogelijk aan de raadsleden worden gezonden. Wanneer er in het begin van de periode, die voorafgaat aan een raadsvergadering veel wordt verstuurd, dan behoeft er in de laatste dagen van die periode slechts weinig te worden verzonden, dan wordt de tikkamer die dagen niet zo overbelast en dan kan alles wat op het laatste moment de deur uit moet met de gewenste vlotheid worden verzonden. De VOORZITTER begrijpt dat het voor de raadsleden onaangenaam is als zij de stukken voor een vergadering laat ontvangen. Hij zal er nog eens op aandringen, dat zo vroeg mogelijk wordt begonnen met het verzenden van de raadstukken. Zolang men zich echter nog in een stroom versnelling bevindt en voortdurend het gevoel heeft dat men nog niet hard genoeg opschiet, valt er niet aan te ontkomen, dat er telkens weer, wan neer het van belang blijkt te zijn een maand tijdwinst te boeken, in een raadsvergadering stukken aan de orde komen waarvan de raadsleden eerst kort tevoren kennis hebben kunnen nemen. Men heeft tegenwoordig ook te rekenen met een vertraging van de gehele procedure als gevolg van de cen trale financiering. Alle stukken moeten nu worden doorgestuurd naar het ministerie, ten einde ter zake via de Bank voor Nederlandsche Gemeenten de benodigde kredieten te verkrijgen. Dat betekent dat die stukken nog meer typekamers moeten passeren, met alle gevolgen van dien. Het college - 18 - jaar

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1966 | | pagina 19